Mijn naam is Tineke Witte. Sinds 2024 begeleid ik anderen bij het inrichten, uitwerken en afwikkelen van nalatenschappen. Ik help hen de juridische, fiscale, financiële en emotionele aspecten die nu eenmaal verbonden zijn aan een nalatenschap in kaart te brengen. Om complexe vragen terug te brengen tot de kern en een helder beeld te vormen van wat er op hen afkomt. Zodat zij op basis van de juiste informatie, de juiste keuzes kunnen maken.
Als arbeids- & organisatiepsycholoog ben ik jarenlang actief geweest binnen de zakelijke dienstverlening. Voor organisaties in uiteenlopende sectoren, in Nederland en daarbuiten. Als ik één ding zou moeten noemen wat ik daar heb geleerd, een thema dat steeds weer terugkeert in al die ontmoetingen, is dat het belang van communicatie. Van luisteren, vragen en doorvragen. Pas als je het verhaal van de ander kent, kan je maatwerk leveren en iets voor die ander betekenen. Daar ligt mijn interesse en mijn kracht. En dat is wat ik – als NalatenschapsMakelaar – bied.
Het F-formulier is een papieren aangifteformulier dat gebruikt wordt om aangifte te doen voor de inkomstenbelasting van een overleden persoon. Dit formulier betreft het jaar van overlijden. Het is een omvangrijk document, maar schrik niet, je kunt de vragen die niet relevant zijn gewoon overslaan en je hoeft ook alleen maar de ingevulde bladzijdes aan de belastingdienst terug te sturen. Er zit een uitgebreide toelichting bij het F-formulier.
Alternatief voor dit papieren formulier is om online aangifte te doen; hiertoe is het nodig om een zogenaamde nabestaandenmachtiging aan te vragen bij de belastingdienst. Dit is een simpele procedure, volg hiertoe de (duidelijke) instructies op de site van de belastingdienst.
De indientermijn voor deze aangifte is 1 mei van het jaar volgend op het overlijden. Het is aan te raden om het formulier of de machtiging tijdig aan te vragen, zodat je voldoende tijd hebt om het zorgvuldig in te vullen. Eventueel kun je uitstel aanvragen.
Doorgaans stuurt de belastingdienst zelf het F-formulier op aan de nabestaanden, binnen 3 à 5 maanden na overlijden. Als de nabestaanden dit niet ontvangen, kunnen ze het telefonisch aanvragen bij de Belastingdienst Nabestaanden, 08002358354. Hiervoor moeten ze wel het BSN-nummer van de overledene bij de hand hebben.
In het F-formulier vul je, net als bij een ‘gewone’ aangifte inkomstenbelasting, allerlei financiële gegevens van de overledene in. Dit betreft onder meer inkomsten uit arbeid, pensioenen en eventuele uitkeringen die dat jaar tot de datum van overlijden ontvangen zijn. Ook moet je informatie verstrekken over het vermogen, zoals het saldo van bankrekeningen en de waarde van beleggingen. Schulden zoals hypotheek, persoonlijke leningen of andere openstaande verplichtingen moet je ook opgeven.
Het invullen van belastingformulieren kan ingewikkeld zijn, vooral in de context van een nalatenschap. Als je twijfelt, neem dan geen risico’s en vraag hulp aan een belastingadviseur of een specialist op het gebied van nalatenschappen, zoals de NalatenschapsMakelaar. Zo voorkom je dat je fouten maakt en dat je problemen krijgt met de belastingdienst.
Hoe vaak spatten gezinnen niet uiteen door problemen met erfenis. Oud zeer, ruzie, onbegrip, geldzucht; nare verhalen te over. Maar: het kan ook anders.
Ik werd gebeld door Monique. Haar vader was recent overleden, moeder al eerder. Ze had een broer en een zus. Zus Pia had ooit de winkel van pa en ma overgenomen. Daarbij hadden de ouders financieel geholpen en nu was de vraag hoe ze daar bij de verdeling van de erfenis mee om moesten gaan. Pia had immers al veel gekregen en de andere twee vonden dat daar iets tegenover moest staan voor hen.
Anders was het toch niet eerlijk? De overname van de zaak was altijd pijnlijk en onbespreekbaar geweest. De ouders vonden het hún beslissing waar niemand iets mee te maken had. Nu kwam deze kwestie weer omhoog bij de erfenisverdeling. Maar broer en zussen waren dol op elkaar en wilden geen ruzie krijgen. Daarom vroegen ze de NalatenschapsMakelaar als neutrale partij hen te begeleiden.
Ik heb hen vooral vragen gesteld. Hoe was het voor pa en ma dat Pia de zaak voortzette? Had een van de andere kinderen dat ook wel gewild? Had Pia de zaak over kunnen nemen zonder hulp van hun ouders? In hoeverre vonden ze dat pa en ma zelf mochten beslissen over hun bezit? Vond Pia dat ze bevoorrecht was? Ging het om geld of om (gevoelde) oneerlijkheid? Als het ‘oneerlijk’ was, hoe kon het dan eerlijker? Zo kwam er een heel gesprek op gang.
Pia begon terughoudend. Zij vreesde dat de anderen geld wilden zien. Maar al gauw bleek dat dit eigenlijk niet zo was. Ze wilden wel dat er nu eindelijk openheid kwam. Pa en ma hadden nooit over de overname willen praten. Nu legde Pia alsnog de cijfers op tafel en dat was even slikken: het ging toch wel om een fors bedrag. Tegelijk gaf Pia aan hoe hard ze had moeten werken en hoeveel het had gekost om de oude winkel te moderniseren en tot nieuwe bloei te brengen.
Er bleek nóg een pijnpunt te zijn: broer had ooit geld van pa en ma geleend en daarbij was vastgelegd dat dat verrekend moest worden bij de erfenis. “Waarom moet ik terugbetalen en Pia niet?”
In het tweede gesprek waren de emoties al wat gezakt en kwamen de drie er vrij snel uit. Dat er nu openheid was gaf al veel rust. En ja, hun ouders hadden altijd met hart en ziel in de zaak gewerkt en er veel voor opgeofferd, het was zó fijn voor hen dat Pia dat voortzette. Dat ze de andere twee daarmee eigenlijk tekort deden – en vooral: daar nooit over hadden willen praten! – lag vooral bij de ouders; daar hoefde Pia nu niet voor te boeten.
Pia was hier blij mee en bood aan dat zij dan het bedrag van de lening van haar broer voor haar rekening nam. Dat bleek een prima zet, iedereen opgelucht en blij.
De basis was hier goed, broer en zussen wilden niet dat deze kwestie hun goede relaties zou verstoren. En, met een beetje hulp is dat gelukt.
Zo kan het dus ook!
Het regelen van een erfenis is een forse klus. Dat weten wij als NalatenschapsMakelaars maar al te goed. Peter en zijn zussen schakelden ons in. Zij zeggen: “Wat er na het overlijden van onze ouders, naast alle emotie, op ons afkwam… De inboedel moest uitgezocht en verdeeld worden, bankzaken, abonnementen, verzekeringen, het huis moest getaxeerd worden en verkocht. En dan de afhandeling van het testament, juridische onbegrijpelijkheden, de belasting. Het was zo véél, wij zagen enorm op tegen deze klus. Onderling gaat het tussen ons niet altijd even lekker, dus de kans op ruzie was groot. We besloten al gauw dat we dit niet eens gingen probéren.”
Zij schakelden De NalatenschapsMakelaar in en inmiddels is alles naar tevredenheid geregeld. “Ze wekte meteen vertrouwen. Ze luisterde goed, ze was ter zake kundig, een aanpakster die – in tegenstelling tot wijzelf – zin in de klus had. Het was een zegen! Er kwam meteen rust in de tent, met veel geduld en inzet heeft ze de regie genomen en zaken onafhankelijk, heel prettig en menselijk geregeld en daarbij ieder in zijn/haar waarde latend. Knap!”
Anderen benoemen De NalatenschapsMakelaar vooraf tot executeur in hun eigen testament.
Els: “Mijn man en ik hebben geen kinderen en onze vrienden zijn van onze leeftijd, die kunnen we het niet vragen. We willen wel dat alles na ons overlijden zorgvuldig wordt geregeld. Daarom hebben we De NalatenschapsMakelaar als executeur opgenomen in ons testament. We hebben onze wensen goed met haar doorgesproken en we hebben jaarlijks contact, dat geeft een vertrouwd en zeker gevoel.
Carel heeft wel kinderen, maar vreest dat zijn zoons de klus straks niet kunnen klaren zonder onderling slaags te raken. “Daarom staat De NalatenschapsMakelaar nu in mijn testament, dat geeft mij de rust dat mijn overlijden niet gaat leiden tot verwijdering tussen de kinderen.”
Een erfenis is niet alleen veel werk, het kan ook ingewikkeld zijn. Erfgenamen zitten veelal niet op dat gedoe te wachten. Je ziet vaak dat een van hen zich opwerpt om alles te regelen. Dat is dan met de beste bedoelingen. Maar door een gebrek aan kennis en ervaring loopt het verhaal dan toch weer vast. Wij kunnen als NalatenschapsMakelaar dan helpen om het geheel toch weer op het goede spoor te krijgen.
We vinden het prachtig werk, we bieden mensen rust, overzicht en zekerheid in een emotionele periode.
Bel of neem contact op met de NalatenschapsMakelaar als jij ook rust wilt rond jouw nalatenschap.
Als de eerste van je ouders overlijdt is dat een verdrietige gebeurtenis. In een periode waarin je emotioneel veel te verwerken hebt moet er ook nog van alles geregeld worden. Eerst de uitvaart met alles wat daarbij hoort en daarna de afwikkeling van de nalatenschap. Daar staat je hoofd wellicht helemaal niet naar. Toch is het belangrijk dat dit goed gebeurt. Zoals het bepalen van de omvang van je kindsdeel. Dit kan later veel problemen voorkomen.
Als in een gezin met kinderen de eerste ouder overlijdt, is de waarde van de nalatenschap van die ouder vaak de helft van de waarde van het gemeenschappelijke bezit van beide ouders. Dit geldt als zij in gemeenschap van goederen gehuwd zijn. Als er sprake is van huwelijkse voorwaarden is het niet simpelweg de helft maar kan op grond van die voorwaarden uitgerekend worden hoe groot de waarde van het bezit van de eerst-overledene is.
Wettelijk heeft een ouder zoveel erfgenamen als er kinderen zijn plús de partner. Bij bijv. twee kinderen is het aantal erfgenamen dus drie, die elk recht hebben op eenderde deel. Dat derde deel heet dan kindsdeel.
Een voorbeeld. Stel je moeder overlijdt en jij blijft achter met je vader en je zus. Het totale vermogen van je ouders is € 240.000,- en je ouders zijn gehuwd in gemeenschap van goederen. Je moeder heeft geen testament gemaakt. Dan geldt de verdeling zoals die in de wet staat en die is dan als volgt:
Het vermogen van je moeder is de helft van het gezamenlijk vermogen van je ouders; dus de helft van die € 240.000,- . Haar nalatenschap is dan € 120.000,-.
Er zijn 3 erfgenamen (je vader, je zus en jij). Dat betekent dat jullie alledrie recht hebben op 1/3 van € 120.000,- = € 40.000,- . Het kindsdeel is dus € 40.000.
Je zus en jij hebben nu allebei recht op € 40.000,-. De wet regelt echter dat de achterblijvende partner, ook wel de langstlevende genoemd, beschermd wordt en ongestoord moet kunnen doorleven. Het gevolg daarvan is dat de kinderen hun kindsdeel niet meteen krijgen en slechts een vordering op je vader erven. Je vader hoeft jullie je kindsdeel dus niet uit te betalen. Pas als ook híj overlijdt krijgen jullie het geld van je moeder uitgekeerd.
In het geval dat je vader nog jong is als je moeder overlijdt, kan het nog vele jaren duren voor jullie je kindsdeel van moeder krijgen. Daarom is het van belang de berekening van die kindsdelen goed vast te leggen. Anders weet niemand later, bij het overlijden van vader, meer hoeveel het was.
Bovendien doe je na het overlijden van je moeder wel aangifte erfbelasting, ook over jullie kindsdeel-vordering. Je vader betaalt de aanslag voor jullie. Over het bedrag waarover hij dan met de fiscus afrekent hoeven jullie geen erfbelasting meer te betalen als hij komt te overlijden. Het is dus belangrijk dat je bij het overlijden van vader nog weet hoe groot je kindsdeel was, want daarover is al afgerekend in de aanslag van je moeder.
Hiervoor is beschreven hoe de verdeling gaat als er géén testament is. Als er wél een testament is dan is de verdeling die daarin is opgenomen het uitgangspunt. Dat kan afwijken van de wettelijke verdeling.
Je moeder kan bijvoorbeeld in haar testament bepaald hebben dat een deel van haar nalatenschap naar een goed doel gaat. Net zoals jullie je erfdeel pas krijgen als ook je vader is overleden, krijgt ook dat goede doel het dan pas. Tenzij je moeder in haar testament iets anders heeft opgenomen. Het kan ook zijn dat in het testament staat dat het ene kind om een bepaalde reden meer krijgt dan het andere. En zo is er nog veel meer mogelijk. Als er een testament is, moet je dus echt de inhoud daarvan kennen om te weten hoe groot jouw deel is.
Ja en nee. In het voorbeeld heb je een vordering op je vader van € 40.000, maar in de wet is wel bepaald dat de langstlevende alles op mag maken. Als bij het overlijden van je vader blijkt dat er geen geld meer is omdat hij niets heeft overgelaten, dan hebben jullie pech gehad. Dat is ook niet aan te vechten bij een rechter, de langstlevende mag dit zo doen.
Ondanks het feit dat er dus geen garantie is dat je je erfdeel uiteindelijk uitbetaald krijgt, blijft het van belang goed vast te leggen hoe groot het is, zodat daar in elk geval geen discussie over is.
Het korte antwoord is: nee.
Immers de langstlevende-regeling is daar nu juist voor bedoeld, dat het kind het eigen erfdeel NIET kan opeisen zolang de langstlevende nog leeft. Maar – er zijn uitzonderingen.
In de wet is al geregeld dat het kindsdeel opeisbaar wordt als de langstlevende failliet wordt verklaard of als de WSNP van toepassing is verklaard.
Daarnaast kunnen in het testament van de eerstoverleden ouder ook andere ‘opeisbaarheidsgronden’ zijn opgenomen. Bijvoorbeeld dat de vorderingen van de kinderen opeisbaar worden als de langstlevende (in dit geval dus je vader) gaat hertrouwen in gemeenschap van goederen. Immers, dan wordt het bezit van vader meteen voor 50% eigendom van die nieuwe partner en dat kan ten nadele zijn van jullie als kinderen.
Een heel andere opeisbaarheidsgrond die vaak wordt vastgelegd is als de langstlevende permanent naar een zorginstelling gaat. Het risico bestaat dan dat een deel van het vermogen als eigen bijdrage betaald moet worden voor de zorg. Door de kindvorderingen in die situatie op te eisen stel je dat bedrag in elk geval veilig.
Bij het overlijden van de langstlevende hoef je je kindsdeel niet ‘op te eisen’, dat valt dan gewoon vrij.
Als in het testament van je moeder opeisbaarheidsgronden staan en die treden op, bijvoorbeeld als je vader hertrouwt of naar een verzorgingshuis verhuist, dan kun je aan je vader vragen om jou je erfdeel uit te betalen. Daar heb je dan recht op. Misschien wil je vader liever niet uitbetalen, maar wat in het testament staat, gaat vóór zijn wens. We zien overigens ook vaak dat de langstlevende juist zelf graag de vorderingen aan de kinderen uitbetaalt.
Pas wel op, als bij de belastingaangifte bij het eerste overlijden, dus in het voorbeeld van je moeder, gebruik is gemaakt van de fiscale regeling van ‘fictief vruchtgebruik’ dan kan het zijn dat je kindsdeel niet zomaar 100% uitbetaald kan worden maar dat de belastingdienst dit deels als schenking zal zien. Vraag bij het voortijdig uitbetalen van je kindsdeel altijd om advies.
Mocht je hulp nodig hebben bij het berekenen of vastleggen van de omvang je kindsdeel, of bij het opeisen ervan, aarzel dan niet om ons te bellen. Wij helpen je graag.
Mijn naam is Karin Petersen. Als NalatenschapsMakelaar kan ik o.a. gebruik maken van mijn uitgebreide werkervaring als voormalig bewindvoerder. Mijn drijfveer is om mensen bij te staan in een moeilijke periode in hun leven.
Gedurende het leven adviseer ik cliënten over hun testament en hun levenstestament. Het geeft rust om de zaken goed geregeld te hebben. In het levenstestament kan een cliënt het zo regelen dat er toch nog (enige) regie over het eigen leven mogelijk is als de cliënt niet meer wilsbekwaam is. In het testament kan de cliënt alles regelen rondom de afwikkeling van de eigen nalatenschap.
Als een dierbare komt te overlijden, zijn er veel keuzes te maken en zaken te regelen. Hierdoor kan het moeilijk zijn voor een dierbare om (complexe) zaken te regelen die nodig zijn voor de afhandeling van die nalatenschap. Hierbij valt te denken aan het opruimen en leeghalen van de woning van de overledene of het doen van de aangifte voor de erfbelasting. Daar komt bij dat een erfenis aanvaarden of verwerpen voor vele mensen geen dagelijkse bezigheid is.
Bij een overlijden van een dierbare is het een rustgevende gedacht om een beroep te kunnen doen op een onafhankelijke deskundige die iets verder afstaat van de emoties. Graag wil ik snel overzicht en rust voor u creëren door het regelen van alle zaken binnen het erfrecht en de erfbelasting. Hierdoor kan ik u op een deskundige, betrouwbare en betrokken manier ontzorgen. Dit is een zorg minder in moeilijke tijden!
Regelmatig adviseer ik cliënten als er schulden in de nalatenschap zitten. De erfgenamen hebben dan de keuze om de nalatenschap beneficiair te aanvaarden of te verwerpen. Vaak is dit een lastige keuze om te maken en dient u via de rechtbank te regelen. Bij beneficiair aanvaarden is het verplicht om de nalatenschap te vereffenen. Het is belangrijk om hier goede kennis van zaken over te hebben om deze procedure goed en snel bij de rechtbank te kunnen afhandelen.
In mijn werk als NalatenschapsMakelaar is het voor mij de uitdaging om als een rots in de brandig snel voor een cliënt rust te creëren.
Voor meer informatie nodig ik u graag uit om mijn persoonlijke website raadplegen, www.karinpetersen.nl
“Heel hartelijk dank voor je steun en luisterend oor” Het zijn deze bedankjes van klanten, waardoor ik dagelijks met zin en energie aan mijn werk begin.
Mijn naam is Natascha van de Pas. Sinds 2020 begeleid ik nabestaanden bij de afhandeling van praktische, juridische en fiscale zaken, die onlosmakelijk zijn verbonden aan een nalatenschap. Als inhoudelijk deskundige, als verbindend gesprekspartner. Elke erfenis heeft zijn eigen verhaal. Zijn eigen emoties. Dat maakt mijn werk voor mij zo bijzonder.
Hiervoor was ik lange tijd werkzaam in het bedrijfsleven, waarvan de laatste 7 jaar als directeur klantenservice. Je kunt wel stellen dat ik het roer heb omgegooid. Dat kwam doordat ik in 2016 geconfronteerd werd met de nalatenschap van mijn opa. Hij liet twee kinderen na; mijn moeder en mijn oom. Mijn oom bleek onterfd. Mijn moeder wilde – emotioneel gezien – haar erfenis niet aanvaarden. En zo kwam ik in beeld. Door plaatsvervulling, leerde ik. Het voelde als mijn verantwoordelijkheid zijn nalatenschap te gaan afwikkelen. De afwikkeling bleek complex en zou veel van mijn tijd in beslag nemen.
Wat heb ik “gegoogled”. Als executeur kwam ik terecht in een voor mij onbekende wereld. Waar begin ik? Wat moet ik met het testament? Wat staat daar nou precies? Wat doe ik met de spullen in het huis? Wat is een legitieme portie? Wat moet ik allemaal met de belastingdienst? Hoe “deal” ik met mijn boze, onterfde oom? Wakker heb ik ervan gelegen.
Tot een notaris tegen mij zei: “Petje af. Als ik jou was, zou ik hier wat meer mee gaan doen”. En zie hier, dat heb ik gedaan. Na een opleiding tot geregistreerd nalatenschapscoach, aangevuld met een opleiding estate planning en executele, heb ik mij ontwikkeld tot erfrecht- en nalatenschapsdeskundige.
Heb je een vraag over je eigen nalatenschap of zoek je advies? Als je ons mailt of belt kun je – naast een snelle reactie – rekenen op persoonlijk contact, maatwerk en service.
N.B. Ben je onderdeel van een samengesteld gezin? Ik ben bekend met de dynamiek hiervan en de complexiteit die dit meebrengt in nalatenschappen. Dus mocht je meer willen weten…
Hoeveel kindsdeel erfbelasting moet ik gaan betalen? Dat is toch wel één van de meest gestelde vragen die ik als NalatenschapsMakelaar krijg. Het gaat dan meestal over: hoeveel erfbelasting moet ik over mijn kindsdeel gaan betalen? In deze blog leg ik je stapsgewijs uit hoeveel erfbelasting over een kindsdeel wordt geheven, wie die erfbelasting over het kindsdeel betaalt en waarmee je verder nog rekening moet houden bij de erfbelasting kindsdeel.
Je kindsdeel is dat deel van de nalatenschap van je ouder waarop jij als kind recht hebt, omdat je vader of moeder dat zo in hun testament geregeld hebben of, als er geen testament is, op grond van de wet. Dit kindsdeel wordt fiscaal uitgedrukt in geld, het gaat dan om de financiële waarde van jouw deel van de nalatenschap. Als die waarde hoger is dan jouw vrijstelling voor de erfbelasting, dan ben je kindsdeel erfbelasting verschuldigd. De hoogte van de vrijstelling wordt jaarlijks door de belastingdienst vastgesteld. Zie voor de actuele vrijstelling; vrijstelling erfbelasting. Als de waarde van jouw kindsdeel hoger is dan deze vrijstelling, dan ben je verplicht om over het bedrag dat boven de vrijstelling uitkomt erfbelasting te betalen. Over het eerste deel van de waarde boven je vrijstelling betaal je 10% belasting, dat geldt tot afgerond € 140.000,-. Als je meer erft dan de vrijstelling + 140.000 dan betaal je over dat meerdere 20% kindsdeel erfbelasting. Zie deze link van de belastingdienst met de actuele tarieven: tarieven erfbelasting.
Stel, je beide ouders waren bij elkaar waren en nu is één van je ouders overleden. Je andere ouder leeft nog. Op basis van de wet en ook in veel testamenten is er dan sprake van de zgn. ‘wettelijke verdeling’. Deze wettelijke verdeling heeft als doel om de langstlevende ouder verzorgd achter te laten. Dit houdt in dat je langstlevende ouder alle bezittingen (en schulden) krijgt van je overleden ouder. Ook jouw kindsdeel komt in bezit van je langstlevende ouder. Voor de waarde daarvan ontvang jij alleen een “tegoedbon”, oftewel een vordering op je langstlevende ouder; deze komt pas vrij als ook de langstlevende ouder overlijdt.
Je ontvangt dus nog niets, maar voor de belasting heb je toch al geërfd. En als je meer erft dan de vrijstelling moet er dus belasting betaald worden. Omdat je langstlevende ouder alles mag houden is het wel zo dat deze de verschuldigde erfbelasting over jouw kindsdeel betaalt aan de belastingdienst. Niet jijzelf.
Hetzelfde geldt ook in de situatie dat je ouder die nu overleden is, hertrouwd is. In die situatie is je stiefouder dus de langstlevende en diegene die alle bezittingen en schulden krijgt. Dan heb je een “tegoedbon” ter hoogte van de waarde van je kindsdeel op je stiefouder en betaalt je stiefouder de eventueel verschuldigde erfbelasting.
Als je andere ouder komt te overlijden dan heb je – conform de wet of testament – wederom recht op een kindsdeel uit diens nalatenschap. Over je kindsdeel van je eerste overleden ouder is al erfbelasting kindsdeel betaald. Daar betaal je niet nog een keer belasting over. Maar over het kindsdeel wat je van je tweede ouder erft, ben je – afhankelijke van de fiscale waarde van je kindsdeel – ook weer erfbelasting verschuldigd. Dit betaal je dan zelf vanuit de nalatenschap van je laatst overleden ouder. Tenzij je laatst overleden ouder hertrouwd is en zijn of haar nieuwe partner – je stiefouder – nog leeft. Dan ontvang je wederom een “tegoedbon”.
Onderkant formulier
Jazeker, je kunt op het totale bedrag dat aan erfbelasting over je kindsdelen (n.a.v. het eerste plus het tweede overlijden) verschuldigd is, erfbelasting besparen. Dit kun je doen door met je langstlevende ouder af te spreken dat je vordering rentedragend wordt. Dan spreek je af dat – op papier – de vordering elk jaar groter wordt, doordat er jaarlijks rente wordt bijgeteld. Op dit moment kun je daarvoor, afhankelijk van wat er in het testament van de overleden ouder staat, een rentepercentage tussen de 0 en 6% samengestelde rente afspreken.
Door je vordering rentedragend te maken, wordt je vordering – waarover al erfbelasting is betaald – groter én wordt je toekomstige kindsdeel bij overlijden van je tweede ouder kleiner. Op deze manier optimaliseer je de eventueel verschuldigde erfbelasting bij het overlijden van je tweede ouder.
Een andere optie is dat je juist géén rente afspreekt maar gebruik maakt van de optie die de belastingdienst biedt om je kindsdeel fiscaal te laten ‘afwaarderen’. Afhankelijk van de leeftijd van de langstlevende, dus afhankelijk van de ingeschatte tijd tot jouw vordering vrijvalt, hoef je dan nu minder erfbelasting te betalen.
Let op: Wanneer je – met je langstlevende ouder – de keuze maakt voor een rentedragende vordering, is er meer erfbelasting verschuldigd over je kindsdeel van je eerst overleden ouder dan bij de afwaardering. Bij rente zit de eventuele besparing in de totaal verschuldigde erfbelasting na het overlijden van je tweede ouder.
Dit klinkt vast ingewikkeld en het maken van een goede keuze is wel belangrijk. Wil je weten hoeveel jij zou kunnen besparen in jouw situatie? Neem dan contact met ons op.
Het komt regelmatig voor dat de waarde van de nalatenschap met name wordt bepaald door de waarde van een woning, zeker wanneer de hypotheek (grotendeels) is afgelost. Het banksaldo kan dan ontoereikend zijn voor de betaling van de verschuldigde erfbelasting over de kindsdelen bij het eerste overlijden. Een optie is dan om een betalingsregeling te treffen met de belastingdienst, maar de belastingdienst zal wel altijd rente in rekening brengen.
In deze situatie kan een goed testament uitkomst bieden. Er zijn fiscale mogelijkheden om de kindsdelen bij het eerste overlijden kleiner te maken zodat dan ook minder of geen erfbelasting verschuldigd is. Dat kan zomaar een enorme opluchting zijn! Maar dat moet dus wel vooraf door de overleden ouder in diens testament vastgelegd zijn. Heb je hier vragen over? Neem ook dan contact met ons op.
Ook deze vraag wordt vaak aan mij gesteld. In principe ontvang je je kindsdeel van je eerstoverleden ouder pas als de tweede ouder overlijdt. En soms is in het testament vastgelegd dat het kindsdeel ook ‘opeisbaar’ is als de langstlevende ouder bijv. in een verzorgingshuis opgenomen wordt.
Maar los van het feit wanneer je kindsdeel opeisbaar is, kan de langstlevende ouder er ook voor kiezen om het kindsdeel al bij diens leven aan je uit te betalen, voor een deel of helemaal. Dat zal de langstlevende ouder alleen doen als er na die uitbetaling nog voldoende liquide middelen over blijven voor het eigen levensonderhoud.
Let op: ondanks dat er al erfbelasting over je kindsdeel is betaald, kan de belastingdienst de uitbetaling vóór overlijden (gedeeltelijk) zien als een schenking. Dan zou er ook sprake kunnen zijn van verschuldigde schenkbelasting.
Kortom: er zijn verschillende fiscale mogelijkheden om invloed uit te oefenen op de hoogte van de verschuldigde erfbelasting over kindsdelen. Of op het tijdstip wanneer je meer of minder belasting betaalt. Meer weten over deze mogelijkheden? Neem contact met ons op. Wij helpen je graag inzichtelijk te maken, welke mogelijkheden kunnen leiden tot belastingbesparing of belastinguitstel.
Wanneer je hoort dat je mogelijk erfgenaam bent van een nalatenschap kun je erover nadenken of je wel erfgenaam wilt zijn. Een van de opties is de nalatenschap te verwerpen.
Als mogelijke erfgenaam kun je de nalatenschap aanvaarden, beneficiair aanvaarden of verwerpen. Een nalatenschap verwerpen betekent dat je de erfenis niet wilt. Je ziet dan af van de nalatenschap en je bent dan ook geen erfgenaam meer.
De keuze om een nalatenschap te verwerpen is een persoonlijke keuze. Bijvoorbeeld: Je hebt geen goede of geen relatie met de overledene gehad of de nalatenschap bevat veel meer schulden dan baten. De erfenis heeft dan een negatief saldo en hier wil jij niets mee te maken hebben.
Je kunt een erfenis ook verwerpen omdat je niets met de overledene te maken wilt hebben, of omdat je gewoon geen zin hebt om de erfenis af te wikkelen en niet geïnteresseerd bent in de eventuele baten.
Een nalatenschap verwerpen kun je via een volmacht bij een notaris doen of via de rechtbank. Op de website van rechtspraak.nl tref je het formulier hiervoor aan: Verklaring nalatenschap meerderjarigen Je vult het in, ondertekent en stuurt het op met de gevraagde stukken. Het invullen van een formulier en dat samen met een akte overlijden en een kopie van je ID naar de rechtbank sturen is voldoende. Je krijgt dan eerst een factuur voor de griffiekosten, dat is € 134,- (tarief 2023). Als je die betaald hebt, ontvang je een akte.
Als er meer mensen willen verwerpen, kun je dat het beste voor iedereen tegelijk doen. Dan komt er één akte voor iedereen en je betaalt allemaal samen ook maar één keer de griffiekosten.
Na ontvangst van deze akte moet je een kopie ervan sturen naar alle schuldeisers die jou benaderd hebben. Dat kan vaak per mail. Naar de belastingdienst moet het per post. Als je in bezit bent van de sleutels van de woning van de overledene, dan lever je die in bij de verhuurder, samen met een kopie van de akte. De verhuurder zal dan zorgen voor ontruiming.
De wet zegt dat wanneer jij de erfenis niet wilt, oftewel niet aanvaardt, deze erfenis overgaat naar de volgende persoon in de bloedlijn. Dat betekent wanneer je kinderen hebt, deze kinderen in jouw plaats komen. Zij moeten dan ook een keuze maken of zij deze erfenis willen aanvaarden of niet. Je meerderjarige kinderen kunnen ook afzien van deze nalatenschap op dezelfde wijze via de rechtbank als dat jij hebt gedaan. Zie boven.
Voor minderjarigen kan een nalatenschap alleen maar verworpen worden als er meer schulden zijn dan bezit èn als dat aangetoond kan worden met bewijsstukken. Als je dat kunt aantonen, kun je een verzoek bij de kantonrechter doen om te mogen verwerpen. Als je het niet kunt bewijzen of als de kantonrechter geen toestemming geeft, dan kunnen minderjarigen alleen maar beneficiair aanvaarden.
Om voor deze minderjarige kinderen verwerpen doe je door een verzoek in te dienen bij de rechtbank en onderbouw je je verzoek met een boedelbeschrijving van de omvang van de nalatenschap; boedelbeschrijving erfrecht. Het moet altijd in het belang van het minderjarige kind zijn dat je voor hen toestemming vraagt om voor hen te mogen gaan verwerpen!
Bewijsstukken van schulden zijn bijvoorbeeld bankafschriften, recente facturen, brieven van incassobureaus en aanmaningen van de belastingdienst.
Om deze te verzamelen moet je meestal gaan zoeken in het huis van de overledene. Soms durven mensen dat niet te doen, ze zijn bang dat ze door het huis in te gaan en papieren te verzamelen, de nalatenschap al zuiver aanvaarden. Maar dat is een misverstand. Je mag en moet namelijk wel onderzoek doen om bewijzen van schulden te verzamelen. Anders kun je niet verwerpen voor de minderjarigen.
Veel mensen bankieren digitaal, dus het kan lastig zijn om aan een recent bankafschrift te komen. Soms geeft de bank het je op verzoek, soms kan een van de nabestaanden nog inloggen op de rekening van de overledene en een recent afschrift downloaden. Je moet vaak heel creatief zijn om de noodzakelijke bewijsstukken te verzamelen.
Bellen met de belastingdienst wil ook nog wel eens helpen om te achterhalen of iemand daar schulden heeft. Daarvoor moet je dan wel het BSN-nummer van de overledene en diens geboortedatum en -plaats én laatste woonadres bij de hand hebben. Als je dat hebt, dan krijg je de informatie gewoonlijk wel.
Wel staat er een termijn voor: je moet binnen 3 maanden na het overlijden voor de minderjarigen kinderen het verzoek met onderbouwing indienen. Gebeurt dit niet dan volgt uit de wet dat de minderjarigen de erfenis automatisch beneficiair aanvaard. verwerping nalatenschap namens minderjarige
Bestaat de nalatenschap uit een positief saldo dan is verwerpen voor je minderjarige kinderen niet in hun belang. De kantonrechter zal dan geen toestemming geven om voor deze kinderen te gaan verwerpen. De minderjarige kinderen zullen dan de nalatenschap beneficiair aanvaarden.
Omdat de procedure van verwerpen voor mensen lastig kan zijn, zeker als er minderjarigen bij betrokken zijn, is het verstandig om hulp en advies te vragen aan een deskundige. Wij hebben als NalatenschapsMakelaars deze deskundigheid en kunnen ook met je nagaan of verwerpen echt wel het beste is, of dat, na afwegen van alle consequenties, beneficiair aanvaarden misschien toch beter is. De NalatenschapsMakelaar kan de verwerping of beneficiaire aanvaarding bij de rechtbank voor je verzorgen. Zo weet je zeker dat de procedure volgens de regels verloopt en heb je er zelf geen zorgen over.
(Erfrecht is een vak apart)
Vader was in het voorjaar overleden. Zoon meldde zich in het najaar van het jaar daarna bij mij als NalatenschapsMakelaar. Meer dan een jaar na het overlijden dus. Vader had schulden achtergelaten en hij wist niet wat te doen.
Na het overlijden van vader stond hij er als zoon alleen voor en hij had zijn best gedaan om alles wat moest gebeuren zo goed mogelijk te doen, met de kennis die hij had. De uitvaart geregeld, de woning ontruimd en de huur opgezegd. Voor de kosten van de uitvaart was er nog net voldoende geld op de bankrekening van zijn vader.
Na enige tijd bleek dat er schulden waren, wat kleine schulden en ook een hoge schuld bij een bepaalde instantie. Hij vroeg een advocaat die hij via zijn vader kende om hulp.
Deze advocaat wist niet wat te doen bij een nalatenschap met schulden – maar dat zei hij niet! Hij ging zonder de benodigde kennis en ervaring aan de slag en probeerde tevergeefs de schuld bij die instantie aan te vechten. Dat duurde lang en ondertussen vertrouwde de zoon op zijn advocaat.
Na ruim een jaar was de schuld natuurlijk niet verdwenen en de advocaat liet weten dat hij verder geen mogelijkheden had. Hij stuurde de zoon een factuur en een brief. Het taalgebruik in die brief was niet erg helder en hier en daar liepen zinnen mank. Maar het kwam erop neer dat hij adviseerde om er een andere advocaat naar te laten kijken en ook om de nalatenschap van zijn vader te verwerpen of beneficiair te aanvaarden. Dat laatste, beneficiair aanvaarden, is natuurlijk het enige advies dat de advocaat meteen in het begin al had moeten geven. Dan was alles heel eenvoudig geweest. Maar dat heeft hij niet gedaan. Nu gaf hij dit advies na een jaar vergeefs iets proberen, wat bij een nalatenschap met schulden zinloos is.
Als NalatenschapsMakelaar was ik verbijsterd door deze gang van zaken. Ik schreef een brief aan de rechtbank met het verzoek om alsnog beneficiair te mogen aanvaarden. Behalve het overzicht van de schulden voegde ik ook de brief van de advocaat bij als verklaring waarom dit verzoek in een zo laat stadium kwam. Ik bracht het dossier persoonlijk naar de rechtbank. De medewerker die het in ontvangst nam en de brief van de advocaat las, zei: “Schoenmaker houd je bij je leest”
Enkele dagen later ontvingen we de akte.
Daarna hielp ik de zoon bij het vereffenen. Al spoedig bleek dat er helemaal geen bezit van vader meer resteerde om te vereffenen. Er was niet eens voldoende geld om de vereffeningskosten te betalen; die moest de zoon dus zelf betalen.
We stuurden de boedellijst naar de rechtbank en naar de schuldeisers. De meesten reageerden niet meer. Het was duidelijk dat ze het dossier sloten. Maar de grootste schuldeiser hield aan en bleef betaling eisen.
Uiteindelijk kregen we bij de rechtbank een beschikking waarin, vanwege het gebrek aan baten, de opheffing van de vereffening bevolen werd. Daarmee zal ook deze grootste schuldeiser genoegen moeten nemen. Zoon kan weer rustig slapen.
En die advocaat? Het advies van de rechtbank zal hem wel niet bereikt hebben, maar hopelijk richt hij verder niet al te veel schade aan. En leert hij beter en helderder schrijven.
Een dierbare verliezen, is een pijnlijke gebeurtenis. De vraag ‘wanneer betaal je erfbelasting?’ als erfgenaam kan zorgen voor (financiële) stress. Vooral omdat de aangifte niet binnen een oogwenk is geregeld. We leggen je in deze blog daarom uit wanneer je erfbelasting moet betalen, hoe je het dan precies doet, wat je daarvoor nodig hebt en of je het überhaupt moet doen.
Als je een erfenis ontvangt, ben je niet altijd verplicht om erfbelasting te betalen. Wanneer je wel verplicht bent om erfbelasting te betalen is als je meer erft dan de vrijstelling die voor jou geldt. Zie op de site van de belastingdienst: overzicht vrijstellingen 2023.
Let op: in het geval je erft als echtgenoot en het bedrag blijft onder de vrijstelling, dan is ons advies om toch wél erfbelasting te betalen met oog op de aangifte bij het tweede overlijden. Dan spelen de gegevens van de eerste nalatenschap namelijk ook weer een rol.
Een uitnodiging van de belastingdienst om aangifte te doen ontvang je per brief, meestal binnen vier maanden na het overlijden. Als jij niet de enige erfgenaam bent, dan stuurt de belastingdienst de brief naar één erfgenaam. Degene die de brief dan ontvangt, is vaak de partner of een kind van de overledene.
Wanneer je verplicht bent om erfbelasting te betalen, dan hoor je dit in principe te doen binnen acht maanden na het overlijden. Hierop zijn natuurlijk een aantal uitzonderingen, enkele voorbeelden zijn:
Als sprake is van een dergelijke uitzondering, geldt een andere termijn.
Wanneer je verplicht ben erfbelasting te betalen hoef je de aangifte niet zelf te doen. Sterker nog, het kan zo zijn dat er een executeur is aangewezen; in dat geval moet de executeur namens alle erfgenamen aangifte doen. Jij hoeft dan waarschijnlijk alleen informatie aan te leveren, voor zover de executeur die informatie nog niet heeft. Indien er geen executeur is aangewezen, dan ben je wel gehouden om zelf aangifte te doen. Je kunt dan ook samen met enkele of alle andere erfgenamen aangifte doen. Uiteraard kun je er ook voor kiezen om een gespecialiseerde adviseur, zoals De NalatenschapsMakelaar, de erfbelasting aangifte voor jou te laten verzorgen. Zo ben je er zeker van dat je geen fouten maakt, geen fiscaal voordeel misloopt en dat de aangifte correct en volledig ingediend wordt.
Wil je zelf of namens de andere erfgenamen de erfbelasting aangifte doen wanneer je verplicht bent dit te betalen? Dan kun je dit doen aan de hand van de volgende stappen.
Allereerst ga je de gegevens verzamelen die je nodig hebt om de formulieren van de Belastingdienst in te vullen. Houd er rekening mee dat je behoorlijk wat informatie moet verzamelen. Zo heb je onder andere de volgende gegevens allemaal nodig:
Het aangifteformulier kun je online in vullen, je krijgt hier toegang toe met je DigiD. Als je het liever schriftelijk doet, is er ook een PDF-formulier beschikbaar dat je kunt downloaden van de site van de belastingdienst. Zie hiervoor de website van de belastingdienst: formulier aangifte-erfbelasting-2023-pdf
Bij het invullen gebruik je de informatie die je verzameld hebt. Het formulier spreekt verder voor zich.
Heb je het aangifteformulier volledig ingevuld? Dan kun je het formulier digitaal (als je het online invult) of per post (bij gebruik van de PDF-formulier) versturen. Zoals gezegd, dien je dit – behoudens uitzonderingen – binnen acht maanden na overlijden te doen.
Vergeet niet om het formulier te ondertekenen voordat je het verstuurt. Dit moet ook als je het formulier online invult. Vult de executeur of een gemachtigde namens de erfgenamen het aangifteformulier in? Dan is dat ook degene die het formulier dient te ondertekenen.
Heb je hier nog vragen over? Of kunnen wij een last van je schouders nemen door deze aangifte voor jou te verzorgen? Neem dan vooral contact op met De NalatenschapsMakelaar.
De legitieme portie is een term die je vaak hoort vallen als het gaat om erfenissen. Als je op internet wat gaat zoeken, zul je de term al snel tegenkomen. Ook in testamenten komt de legitieme portie op verschillende manieren regelmatig aan bod. Doorgaans wordt de term in één adem genoemd met onterving.
Een legitieme portie verwijst naar het deel van de erfenis waarop je als legitimaris wettelijk recht hebt. Dan is natuurlijk gelijk de vraag: wat is een legitimaris? Antwoord: alleen eigen kinderen zijn legitimaris. Deze kunnen door hun ouder worden onterfd in een testament, maar ze houden altijd een basisrecht. Stiefkinderen hebben dat recht niet, ook iemands broers en zussen zijn nooit legitimaris, zij hebben geen basisrecht. Eigen kinderen dus wel, zij hebben altijd recht op een bepaald deel van de erfenis van hun ouders. Ook als de ouders hen hebben onterfd. Dit geldt ook wanneer je niet onterfd bent maar toch volgens het testament relatief maar heel weinig krijgt omdat de erfenis in het testament van je ouder heel erg ongelijk wordt verdeeld. Anders gezegd: als ouder kun je wél je kind onterven of weinig toebedelen, maar als kind heb je dan toch nog steeds recht op een minimum deel van de erfenis.
Eenvoudig gezegd: de legitieme portie is de helft van het bedrag wat je op basis van de wet zou erven, indien er géén testament zou zijn. Let op: de helft van dat bedrag. De legitieme portie is een geldbedrag, dus je hebt geen recht op bepaalde goederen, sieraden etc, alleen op jouw deel van de financiële waarde daarvan.
De legitieme portie wordt berekend aan de hand van de waarde van de nalatenschap op het moment van overlijden van je ouder.
Voorbeeld: een man heeft een echtgenote en 2 kinderen. In zijn testament bepaalt hij dat hij één kind onterft. Als hij komt te overlijden zegt het testament: dit ene kind krijgt niets. De wet zegt echter: zonder testament zouden er drie erfgenamen zijn, en ieder zou 1/3 van de nalatenschap erven. Het kind heeft dus recht op een legitieme portie van de helft van 1/3 deel – ofwel 1/6 deel.
Stel: de nalatenschap van deze vader heeft een waarde van € 150.000,-. Zonder testament zou elke erfgenaam 1/3 deel erven, ofwel € 50.000,-. De legitieme portie bedraagt dan de helft en dat is in deze situatie dus € 25.000,-.
Zo heeft het onterfde kind recht op € 25.000,-. Dus hij krijgt niet € 0 zoals vader eigenlijk wilde maar ook niet de € 50.000,- die hij geërfd zou hebben had als er geen testament was geweest.
De berekening op basis van de “de helft van je wettelijke deel” is de eenvoudige kant van de berekening. Lastiger wordt het om te bepalen wat de waarde van de nalatenschap precies is. De wet geeft aan dat je de legitieme portie berekent over de waarde van alle bezit in de nalatenschap (bijv. woning, banktegoeden, auto etc.), verminderd met alle schulden (bijv. hypotheek en openstaande rekeningen.) Dus je moet ook bepalen wat de waarde is van een auto, van een kunstverzameling etc. Dat is niet altijd zomaar duidelijk en kan veel discussie geven.
En een ander belangrijk punt: je moet bepaalde giften meetellen die de overledene gedaan heeft. Dan wordt de berekening al een stuk lastiger. Welke schenkingen zijn er gedaan, wanneer en aan wie? Sommige schenkingen tellen wel mee, andere niet. Dus er moet heel wat informatie verzameld worden voordat je weet hoe groot de nalatenschap en dus de legitieme portie is.
Deze berekening kan makkelijk tot onenigheid leiden tussen de legitimaris en de erfgenamen, ook al omdat er vaak veel emotie speelt bij een onterving.
Bedenk dan dat zeer ingrijpend is voor alle betrokkenen en dat dit tot verdriet, frustratie en woede kan leiden. Daar heb jij zelf na je overlijden geen last meer van, maar je andere erfgenamen des te meer. Er zijn wellicht alternatieve mogelijkheden. Die bespreken we graag met je.
Ben je erfgenaam of executeur en is er sprake van een onterfd kind? Dan moet jij dus een onderbouwde berekening maken van de omvang van de legitieme portie voor deze legitimaris.
Je moet als onterfd kind zelf in actie komen als je je legitieme portie wilt ontvangen. Hier zijn nog wel eens misverstanden over. Je denkt; “ik hoor maar niets?” Dat kan zomaar gebeuren. Noch de notaris, noch de erfgenamen zijn verplicht je op de hoogte te stellen van het feit dat je ouder overleden is en dat je recht hebt op een legitieme portie. Dus je zult hier zelf aanspraak op moeten maken. Dit moet je ook tijdig doen, binnen 5 jaar na het overlijden van je ouder. Meld je bij de executeur, bij de erfgenamen of bij de notaris. Als je pas na 5 jaar komt ben je te laat en is je recht vervallen.
Kom in actie; het gaat vaak niet vanzelf, je moet echt actief een beroep doen op je legitieme portie. Doe dit vooral schriftelijk en zorg dat je er bewijs van hebt. Doe dit bij de erfgenamen, de executeur of de betrokken notaris.
Er valt nog zoveel meer over de legitieme portie te vertellen. Elke situatie is anders en vaak is maatwerk nodig.
Ben je legitimaris en zoek je hulp om je legitieme portie te verkrijgen? Of ben je erfgenaam, of wellicht zelfs executeur, en heb je te maken met een onterfd kind voor wie je de legitieme portie moet berekenen? Misschien overweeg je zelf je kind te onterven?
Wat je vraag ook is, wij kunnen je daarin bijstaan. Bel ons of vul ons contactformulier in, schets je vraag en dan nemen wij contact met je op.
“Jullie hebben toch kinderen? Dan is het helemaal niet nodig om een testament te maken! Ze erven toch wel van je.” Dit is vaak de teneur van een gesprek als het op feestjes gaat over nalatenschappen. Niet nodig toch, en bovendien wordt het maken van een testament gezien als duur. Daarom kiezen veel mensen ervoor geen testament te laten maken, zeker als er kinderen zijn en het dus al in de wet geregeld is dat zij van hun ouders erven.
Dat een testament maken geld kost, dat zullen we niet ontkennen. Dat het overbodig zou zijn om een testament te maken omdat de wettelijke verdeling al voldoet – dát willen we wel graag nuanceren. Het kan namelijk grote voordelen hebben om dat wél te doen.
Als iemand overlijdt en er géén testament is, dan treedt de wettelijke verdeling in werking. Dat betekent dat in de wet wordt gekeken wie de erfgenamen van de overledene zijn. In boek 4 van het Burgerlijk Wetboek is dit in artikel 10 geregeld. Hierin zijn ‘trappen’ aangebracht wie de erfgenamen zijn. Dat zijn achtereenvolgens:
Als de erflater gehuwd is (of een geregistreerd partnerschap is aangegaan) en kinderen heeft, dan geldt de eerste trap. Partner en kinderen erven ieder in gelijke delen. De trappen 2 t/m 4 komen daarmee niet in aanmerking.
Een alleenstaande moeder heeft geen partner maar wel kinderen. Als zij overlijdt geldt ook de eerste trap en dan erven de kinderen in gelijke delen. Als een kind zelf al overleden is, komen diens kinderen voor diegene in de plaats. (Overigens erven de kinderen niet meteen, de wet regelt namelijk ook dat de langstlevende in eerste instantie alles krijgt; de kinderen krijgen alleen een vordering op die langstlevende. Deze vordering valt pas vrij als ook die ouder overlijdt)
Als de overledene geen wettelijke partner heeft en ook geen kinderen of verdere nakomelingen, is de eerste trap leeg. Dan gaat trap twee in werking en dan erven zijn ouders, broers en zussen. Indien een broer of zus al overleden is, dan erven hun nakomelingen, dus neven en nichten.
Mochten die er ook niet zijn gaat trap 3 in werking (ook met mogelijke nakomelingen) en daarna trap 4 (idem). Zo gaat het door tot familieleden in de zesde graad.
Als er tot in de zesde graad geen familieleden zijn, dan gaat je nalatenschap naar de staat.
De veronderstelling dat kinderen van hun ouders erven klopt dus. Dit gebeurt ook zonder testament. Waarom dan toch een testament maken? Daarvoor zijn verschillende redenen.
Er is een aantal belangrijke redenen waarom wij vaak toch adviseren een testament te maken ondanks de wettelijke verdeling, ook als er kinderen zijn. De belangrijkste reden is dat je in jouw testament de zaken kunt regelen zoals jij dat wenst en helemaal op jouw situatie afgestemd. We noemen een paar overwegingen.
Uitsluitingsclausule
De meeste ouders willen graag dat het geld dat zij met hard werken bij elkaar hebben verdiend in de familie blijft. Stel dat je dochter gehuwd is in gemeenschap van goederen en € 50.000,- van je erft. Als je dochter zou gaan scheiden gaat de helft van dit bedrag naar haar ex-partner. Dit kun je voorkomen door in je testament de schoonkinderen uit te sluiten. Haar ex-partner kan dan geen aanspraak op jouw erfenis maken. Dat betekent dat het gehele bedrag na een scheiding bij je dochter blijft.
Erfbelasting
Bij een erfenis geldt een bepaalde vrijstelling en alles wat iemand extra erft, wordt belast met erfbelasting. Door je testament goed in te richten, kun je soms besparen op de belasting en deels ook het moment waarop dit betaald moet worden, beïnvloeden. Het gaat te ver om dit hier allemaal uit te werken, maar we geven in elk geval twee voorbeelden.
Kleinkindlegaat
Als je kleinkinderen hebt kun je ook rechtstreeks aan hen een bedrag nalaten. Naast dat het voor je kleinkinderen leuk is om iets van je te ervan, bespaar je zo ook flink op de erfbelasting. De vrijstelling die kleinkinderen hebben voor de erfbelasting is net zo groot als die van je eigen kinderen (€ 22.918,- tarief 2023). Bij 4 kleinkinderen hoeft er over 4 keer € 22.918,- geen erfbelasting betaald te worden. Dat scheelt minimaal € 9.000,- aan erfbelasting!
Opvullegaat – hoe verdeel je de nalatenschap tussen je partner en je kinderen?
Als je je testament maakt weet je doorgaans niet wat de beste verdeling van je nalatenschap zal zijn als je mogelijk pas over 10 of 20 jaar overlijdt. Hoe ziet het leven van jou en je partner er dan uit? Hoe staan je vermogen en de gezondheid van je partner er dan voor? Dat kan veel uitmaken voor wat dán de optimale verdeling is. Stel dat je partner bij jouw overlijden is opgenomen in een verpleeghuis. Als hij of zij veel van jou erft, moet er mogelijk een hogere eigen bijdrage voor de zorg worden betaald. Dit soort situaties kun je in je testament opvangen door een mogelijkheid op te nemen dat je partner en kinderen niet allemaal hetzelfde deel krijgen, maar je partner (veel) minder en je kinderen (veel) meer.
Of juist andersom: je partner méér dan de kinderen, dat scheelt namelijk erfbelasting bij het eerste overlijden. Want je partner heeft een veel grotere vrijstelling dan de kinderen.
De verdeling tussen partner enerzijds en kinderen anderzijds regel je met een zogenaamd opvullegaat. Of en hoe je dat gebruikt, bepaal je pas bij het eerste overlijden. Het maakt bijv. een groot verschil of je vermogen in de stenen van je huis zit of dat dit op een vrij beschikbare bankrekening staat. In het laatste geval is het veel minder een probleem om de aanslag van de erfbelasting te betalen. In het eerste geval kan het dat wel zijn. Dan kan het handig zijn om van de mogelijkheid van het opvullegaat gebruik te maken.
Doordat de keuze pas gemaakt hoeft te worden na het eerste overlijden geef je je nabestaanden een optimale keuze!
Maatwerk, ook bij de wettelijke verdeling
Een opvullegaat is echt maatwerk. Het is niet voor iedereen geschikt en kan ook nadelig uitpakken. Je kunt het op verschillende manieren toepassen, ook nog met een mogelijke renteclausule. Zoals al gezegd, het gaat te ver om dit hier allemaal uit te werken, maar wij adviseren je er graag over.
Executeur
En dan last but not least: in je testament kun je een executeur aanwijzen. Hij of zij regelt de afhandeling van je nalatenschap en zorgt ervoor dat alles geregeld wordt zoals jij dat in je testament hebt vastgelegd.
Als er niets is geregeld, hebben je erfgenamen deze taak. Dat betekent dat zij in een verdrietige periode ook nog de zakelijke afwikkeling moeten doen. In je testament kun je ook iemand anders aanwijzen. Sommige mensen kiezen er bewust voor om hun partner of kinderen geen executeur te laten zijn. Dit omdat de kinderen al een baan en een gezin hebben en ze hen deze extra taak willen besparen. Soms omdat de kinderen niet met elkaar door één deur kunnen.
Bedenk dat één op de drie nalatenschappen in ruzie eindigt. Dat is niet altijd te voorkomen. Maar een goed testament kan veel leed voorkomen!
Als bij het volgende feestje weer iemand roept dat een testament overbodig is omdat je kinderen toch wel erven, weet jij na lezing van dit stuk dat het zo eenvoudig niet is. Ook als je niet alles van het voorgaande hebt onthouden kunt je de roeper dan naar deze website verwijzen.
En mocht je eens goed willen bekijken wat een testament voor wettelijke verdeling in jouw situatie kan betekenen, dan helpen wij je graag! Neem dan contact op met De NalatenschapsMakelaar.
Als het niet zeker is dat een nalatenschap positief is, dat wil zeggen dat er ruimschoots voldoende is om alle schulden en kosten te betalen, dan kan deze door de erfgenamen het beste beneficiair aanvaard worden. Dan moet de nalatenschap vereffend worden.
Vereffening van een nalatenschap wil zeggen dat de schulden van de overledene betaald worden voor zover de baten uit de nalatenschap daar de ruimte voor bieden. De baten worden verdeeld onder de schuldeisers, waarbij niet altijd alle vorderingen in zijn geheel voldaan kunnen worden. Doordat de erfgenamen beneficiair hebben aanvaard, hoeven zij dan niet uit hun eigen vermogen het restant van de schulden te betalen, de beneficiaire aanvaarding beschermt hen daartegen. Alleen als er wel voldoende baten blijken te zijn om alle schulden en kosten te betalen, mogen de erfgenamen het geld dat over is onder elkaar verdelen.
De nalatenschap wordt vereffend door een vereffenaar. Gewoonlijk zijn alle erfgenamen samen de vereffenaar, maar zij laten het werk vaak doen door één van hen. Het is ook mogelijk een professional, bijvoorbeeld een NalatenschapsMakelaar, de vereffening te laten verzorgen. De erfgenamen kunnen een volmacht geven en dat wordt in een Verklaring van Erfrecht vastgelegd. De erfgenamen geven dan alle informatie die zij hebben aan de vereffenaar en die gaat verder alles regelen. Zo hebben de erfgenamen geen zorgen en zij weten dat alles zorgvuldig en professioneel wordt geregeld.
Als de erfgenamen niet tot overeenstemming komen, of als de vereffening van de nalatenschap naar verwachting erg ingewikkeld zal zijn, bijvoorbeeld omdat het vermogen en de schulden heel groot zijn, of omdat er bedrijven in de nalatenschap zitten, dan kan ook via de rechter een vereffenaar aangesteld worden.
De kosten van de vereffening, inclusief de beloning van de vereffenaar, moeten uit de nalatenschap betaald worden en deze kosten zijn preferent op de overige schuldeisers, ook op de belastingdienst.
De vereffenaar moet zorgen dat alle kosten en schulden zoveel mogelijk betaald worden met wat er aan waarde in de nalatenschap zit. Daarom moet de vereffenaar goed onderzoek doen en alle schulden en baten verzamelen. Deze moeten dan in een overzicht gezet worden, dat is de zgn. boedelbeschrijving of boedellijst.
De vereffenaar begint met het toegang krijgen tot de bankrekeningen van de overledene en met het bestuderen van alle administratie en documenten die de erfgenamen hebben aangereikt. Zo vind je al de eerste schuldeisers. Met alle instanties waarbij schulden zouden kúnnen zijn, moet contact opgenomen worden. Dat kan meestal per mail. De vereffenaar maakt zich bekend, stuurt de akte beneficiaire aanvaarding toe en vraagt naar een onderbouwd overzicht van de schulden. De schuldeisers en schulden worden zo verzameld – maar vooralsnog niet betaald. Eerst moet immers duidelijk worden of er voldoende baten zijn.
Ook naar de baten moet gezocht worden, misschien had de overledene nog ergens een vordering of misschien zijn er ook nog spullen die verkocht kunnen worden.
Vaak moet aangifte inkomstenbelasting over het laatste jaar (of ook wel over meerdere achterstallige jaren) gedaan worden. Misschien is er een teruggave, misschien moet er nog betaald worden.
Pas als alle schulden en baten gevonden zijn, kan de boedellijst definitief worden opgesteld. Gewoonlijk is dat pas vele maanden na het overlijden gereed. Bij het opstellen van de boedellijst is het belangrijk de preferente schulden en kosten bovenaan, apart te vermelden. Deze moeten eerst in zijn geheel betaald worden, voordat de overige schuldeisers aan bod komen. Preferent zijn de kosten van de uitvaart, voor zover deze niet gedekt zijn door een polis, en de vereffeningskosten. Deze moeten in elk geval betaald worden.
Nadat deze preferente kosten zijn voldaan, moet er voor het restant een zgn. uitdelingslijst gemaakt worden. De schuldeisers ontvangen een percentage van hun vordering. Soms zijn de verschillen groot, omdat er schuldeisers zijn met een vorderding van (stel) 40 euro, terwijl anderen een vordering hebben van (stel) 4000 euro of meer. In dat geval kan de vereffenaar ernaar streven om naar redelijkheid en billijkheid een verdeling te maken, bijvoorbeeld voor de kleine schuldeisers een groter percentage toe te kennen, of het kleine beetje dat er over is in zijn geheel geven aan de grootste schuldeiser. Hier moet men het wel over eens zijn. Belangrijk hierbij is een goede uitleg en verantwoording.
Soms is er zelfs niet genoeg geld om de uitvaart en de vereffeningskosten te betalen. Dan zullen de erfgenamen deze kosten zelf moeten dragen en krijgen de schuldeisers niets.
Als de nalatenschap negatief is, moet de boedellijst ter inzage gelegd worden bij de rechtbank en naar alle schuldeisers gestuurd worden.
Ook als er nadat de preferente kosten betaald zijn, niets meer over is, moet de boedellijst met verantwoording naar alle schuldeisers gestuurd worden, zodat zij kunnen zien en begrijpen dat zij niets zullen krijgen en het dossier kunnen sluiten.
Als de boedellijst compleet is en de nalatenschap toch positief blijkt, en er dus voldoende saldo is om de kosten en schulden in zijn geheel te betalen, dan kan alles meteen betaald worden en is de rest voor de erfgenamen.
Wanneer alle schuldeisers het dossier hebben gesloten, de kosten van de vereffening zijn betaald en het restant van het geld, als dat er is, aan de erfgenamen is gegeven, dan kan de bankrekening worden gesloten. Als dat gedaan is, is de vereffening helemaal afgerond. Meestal is dat meer dan een jaar na het overlijden, vaak wel bijna 2 jaar.
Een hele klus, de vereffening van een nalatenschap! Wij staan u als NalatenschapsMakelaars graag bij.
Als een dierbare overlijdt, komt er van alles op je af. En zelf heb je waarschijnlijk ook het idee dat er van alles móét gebeuren! Inderdaad zijn er allerhande beslissingen te nemen en dingen te regelen. Sommige zaken moeten snel, andere kunnen echter heus wel even wachten. En in alle emoties is het niet altijd makkelijk om een onderscheid te maken tussen wat nu echt moet en wat (nog) niet. We geven je een globaal overzicht.
Heeft de overledene vooraf wensen kenbaar gemaakt, bijvoorbeeld begraven of cremeren, welke uitvaartondernemer, wel of niet opbaren etc? Kijk of er ergens iets vastgelegd ligt. Soms heeft iemand een speciale uitvaartexecuteur aangewezen in het testament. Soms ook heeft de overledene al contact gehad met een uitvaartondernemer en daar al van alles mee afgesproken.
Veel mensen hebben een uitvaartverzekering. Kijk of je een polis kunt vinden. Soms is een polis aan een bepaalde uitvaartverzorger gekoppeld, vaak ook niet; zoek uit of je vrije keuze hebt wie je inschakelt. Het maakt ook echt uit of het een naturapolis is of een kapitaalverzekering, bespreek vooraf de mogelijkheden met de uitvaartondernemer.
Wie ga je uitnodigen voor de uitvaart? Ook hierbij zijn de wensen van de overledene natuurlijk uitgangspunt. Misschien wilde deze bepaalde mensen daadwerkelijk uitnodigen voor de plechtigheid, en anderen alleen (achteraf) een kennisgeving sturen? Misschien zijn bepaalde mensen echt niet welkom?
Wees heel zorgvuldig bij deze keuzes, je kunt dit maar één keer doen, en het is heel pijnlijk als je er te laat achter komt dat je iemand die heel belangrijk was voor de overledene, vergeten bent uit te nodigen.
Er zijn ook andere, praktische, zaken. Als er niemand meer in het huis van de overledene woont, zorg dan dat de koelkast leeg is en dat er geen bederfelijke levensmiddelen meer zijn.
Als er kostbaarheden in de woning zijn, kan het raadzaam zijn om deze ergens veilig op te slaan, vanwege het risico van inbraak. Doe dat niet op eigen houtje, stem dit af met andere betrokkenen. Anders kun je het verwijt krijgen dat je je onterecht spullen hebt toegeëigend. Probeer ook uit te vinden wie een sleutel van de woning heeft, het beste kun je die allemaal proberen terug te krijgen. Je wilt immers niet dat er mensen op eigen houtje in de woning gaan rondsnuffelen. En zijn er huisdieren? Dan zul je daar snel een oplossing voor moeten zoeken, en dat kan in eerste instantie best een tijdelijke oplossing zijn.
Pas op, ben je erfgenaam en weet je niet zeker of er een positieve nalatenschap is? Gedraag je dan niet als een zogenaamde zgn ‘zuiver aanvaardende erfgenaam’. Gebruik bijvoorbeeld niet het bankpasje van de overledene om betalingen te doen.
Het is erg belangrijk om te weten of de overledene een testament heeft gemaakt of niet. Misschien zijn er meerdere versies? Die met de laatste datum is geldig. Dus ook als het al heel oud is. Bij het Centraal Testamentenregister kunt je online achterhalen of er een testament is en bij welke notaris dat is opgemaakt.
Is in het testament een executeur benoemd? Dan is die als eerste aan zet.
Weet je zeker dat er geen testament is? Dan bepaalt de wet wie er erfgenaam is.
Als je erfgenaam of executeur bent, probeer er dan eerst achter te komen of er kans dat de nalatenschap negatief is, ofwel dat er meer schulden zijn dan bezittingen. Als je zelf niet aansprakelijk wilt worden voor die schulden, is het van groot belang dat je je niet als zuivere erfgenaam gedraagt. Je kunt besluiten om de erfenis te verwerpen, dan neem je afstand van alles. Dat moet je dan melden bij de rechtbank. Dat is wel een ingrijpende beslissing, denk daar goed over na. Je kunt ook kiezen voor een zogenaamde beneficiaire aanvaarding, dan ben je wel erfgenaam, maar niet aansprakelijk voorn de schulden. Ook dat regel je bij de rechtbank en dan moet je een bepaalde procedure volgen. Zie hiervoor elders op deze site. Geen paniek, je hoeft dit allemaal niet heel snel te beslissen, daar mag je echt de tijd voor nemen. Sowieso heb je een zogenaamd ‘recht van beraad’ gedurende de eerste drie maanden na overlijden.
Als je als erfgenaam zuiver kunt aanvaarden, maak dan een plan wat en hoe er moet gebeuren en wie wat doet. Doe je alles zelf of haal je er hulp bij? De NalatenschapsMakelaar kan je ondersteunen als je er zelf niet uitkomt, of als je hiervoor de tijd of de kennis mist. Als je met meerderen bent, kun je dan iemand aanwijzen die voor allen kan optreden of verdeel je de taken? Ook hiervoor kun je de NalatenschapsMakelaar inschakelen, die kan als je wilt als gevolmachtigde de hele afhandeling van de erfgenamen overnemen. Nog een belangrijke vraag: wil je alles snel afhandelen of neem je alle tijd voor zorgvuldigheid, voor rouw en afscheid?
Veel mensen denken dat je na een overlijden meteen naar de notaris moet. Dat is echter niet altijd zo, veel dingen kun je zelf doen. Voor sommige zaken heb je echter wel een notaris nodig. Je hebt als erfgenaam bijvoorbeeld niet zomaar toegang tot de bankrekening van de overledene, daar heb je meestal een notariële Verklaring van Erfrecht voor nodig. Misschien had je een machtiging van de bank, maar realiseer je wel dat die vervalt met overlijden zodat je die formeel gezien niet meer kunt gebruiken. De bank vraagt meestal zo’n Verklaring van Erfrecht. Als het saldo van de rekening gering is, kun je soms ook zonder zo’n (dure) verklaring het geld opnemen, dat is per bank anders geregeld.
Als er een huis verkocht moet worden, heb je wel altijd deze VvE nodig.
Sommige dingen gebeuren ‘automatisch’. De uitvaartondernemer meldt het overlijden bij de gemeente en dan worden allerlei instanties daarvan op de hoogte gebracht, zoals de belastingdienst, ziektekostenverzekeringen, pensioenfonds etc.
Andere opzeggingen moet je zelf regelen, zoals abonnementen, lidmaatschappen, (mobiele) telefoon, bij een huurwoning de huur opzeggen etc. Pas op met het opzeggen van woonverzekeringen voordat je de woning hebt leeggemaakt, immers een onbewoond huis heeft meer kans op inbraak. Een auto moet liefst binnen 5 weken overgeschreven worden op een andere naam, bijv. door deze te verkopen.
Maak een overzicht van wat je kunt achterhalen aan bezit, de waarde ervan en zeker ook van eventuele schulden. Zoek naar documenten die een waarde kunnen onderbouwen, bijv. een aankoopnota of taxatierapport of een leningovereenkomst. Welke rekeningen of achterstanden zijn er die nog betaald moeten worden? Behalve uit de administratie kun je ook veel belangrijke informatie uit de bankrekening afleiden. Daarop kun je namelijk zien welke betalingen de overledene doorgaans deed. Bekijk ook wat er aan spullen is die je kunt verdelen. Wacht wel met verdelen en spullen meenemen tot je zeker weet wie de zuivere erfgenamen zijn en wie niet!
Is de woning een huurwoning? Overleg dan met de verhuurder hoe je de woning op moet leveren. Een koopwoning moet verkocht worden, ook om de vaak aanwezige hypotheek af te kunnen lossen.
Als alles duidelijk is en de verdeling bepaald is, is het verstandig om altijd nog een bedrag te reserveren voor onverwachte zaken die achteraf kunnen komen. Vooral nog te verrekenen toeslagen (zorg of huur) of eindafrekeningen van bijv. een ziektekostenverzekering komen vaak pas na geruime tijd binnen.
En uiteraard zijn er nog belangrijke aspecten zoals de aangifte erfbelasting en de aangifte inkomstenbelasting over de laatste jaren.
In het voorgaande hebben we allerlei zaken opgesomd die je kunt tegenkomen na een overlijden. Deze lijst is absoluut niet compleet, er kan van alles gebeuren, verwacht en onverwacht. Het is een hele klus om alles goed te regelen.
Je hoeft het echter niet alleen te doen. Als je hulp nodig hebt: De NalatenschapsMakelaar staat voor je klaar om je te helpen met advies en praktische ondersteuning.
Na een overlijden moet er vaak een boedelbeschrijving gemaakt worden, een overzicht van wat de overledene nalaat. Omdat het zo in het testament staat, of omdat de erfgenamen het willen. Maar wat is dat eigenlijk, een boedelbeschrijving?
Om meteen een eerste misverstand uit de wereld te helpen: op een boedelbeschrijving hoeft echt niet de complete inboedel beschreven te worden. Het gaat er niet om hoeveel tafels en stoelen er zijn, of hoeveel theekopjes. Met een boedelbeschrijving wordt bedoeld een beschrijving van de boedel en dat is een ander woord voor de nalatenschap. Het gaat om een overzicht van enerzijds de bezittingen en anderzijds de schulden, zodat je een overzicht hebt van de totale waarde van de nalatenschap. Het hoeft ook geen gedetailleerde omschrijving te zijn, het gaat dus vooral om de financiële waarde. Dit overzicht maak je bijvoorbeeld omdat je wilt weten hoe groot de erfdelen van de erfgenamen zijn.
Op een boedelbeschrijving zet je bijvoorbeeld de waarde van een eigen huis, de bedragen die op de bankrekeningen staan, een auto, wellicht zaken als een aparte garagebox of een vakantiehuisje. Soms zijn er ook waardevolle kunstvoorwerpen, meubels of sieraden. Schulden kunnen zijn de hypotheek, een persoonlijke lening of bijvoorbeeld een belastingschuld. Je telt alle waarden van de bezittingen op, en trekt alle waarden van de schulden er van af. Zo kom je tot een eindbedrag die de waarde van de totale nalatenschap weergeeft.
Het gaat er bij een boedelbeschrijving dus om dat je een overzicht krijg van de totale waarde van wat iemand nalaat. Maar hoe weet je wat iets waard is? Bij een banksaldo, een hypotheek of lening zijn de bedragen doorgaans duidelijk. Bij een woning wordt het al lastiger. Als je de marktwaarde wilt weten kan het nodig zijn om een taxatie te laten uitvoeren. Bij een auto kan de garage waar de auto in onderhoud is vaak wel een dagwaarde afgeven. Bij kostbare sieraden of schilderijen kan een expert een waardebepaling doen.
Bij andere, kleinere waarden is het niet altijd nodig alles heel exact te bepalen. Je kunt dan ook een schatting maken van wat de verkoopwaarde zou zijn, bijv. als het gaat om een wasmachine die pas één jaar oud is, of een schuur vol gereedschap. Het gaat dus niet om de oorspronkelijke aanschafwaarde, maar om de verkoopwaarde als je het nu zou verkopen. Dat is ook de reden dat de inboedel vaak niet uitgebreid op een boedelbeschrijving staat, immers de verkoopwaarde van gebruikte meubels, huisraad, keukengerei etc. is doorgaans gering. Als je een inschatting van een waarde geeft, moeten de betrokkenen daar natuurlijk wel mee akkoord kunnen gaan, dus zorg dat je in elk geval een onderbouwing hebt van je schatting.
Er is vaak verwarring over de waarde die je toe moet kennen aan een woning. Er is immers een WOZ-waarde, die jaarlijks vastgesteld wordt, en de werkelijke waarde op de vrije markt. Daar zit vaak een behoorlijk verschil tussen.
Bij de vraag welke van beide waarden je moet gebruiken, is het doel van de boedelbeschrijving van groot belang. Maak je dit overzicht van de nalatenschap omdat je wilt weten wat de totale waarde is, zodat je daarna kunt bepalen hoe groot ieders erfdeel is? In dat geval neem je de marktwaarde van de woning.
Als je het overzicht maakt voor de belasting, zodat de erfbelasting berekend kan worden, dan geldt de WOZ-waarde. Voor de belasting geldt dus niet de marktwaarde maar de WOZ-waarde. Of die nou hoger of lager is dan de marktwaarde.
In beide gevallen: vergeet niet om naast de waarde ook de eventuele hypotheek op te nemen als schuld!
Bij de boedelbeschrijving gaat het om de financiële waarde van de nalatenschap. Maar naast die waarde is er vaak ook nog een emotionele waarde. Die gouden ring van moeder is misschien wel € 1.000 waard, maar de emotionele waarde is vast veel groter. Of de oude beeldjes van de kerststal, die hebben geen enkele verkoopwaarde maar voor sommige erfgenamen is dat misschien wel het meest waardevolle uit de hele nalatenschap.
Bij de verdeling van de nalatenschap spelen deze emotionele waarden natuurlijk ook een grote rol, maar zulke spullen horen niet op de boedelbeschrijving thuis als er geen financiële waarde is. Hiervoor kun je dan beter een aparte lijst maken.
Als de overledene gehuwd was in gemeenschap van goederen, geldt dat de nalatenschap 50% betreft van alle gemeenschappelijke bezittingen en schulden. Je kunt dan een totale lijst maken van alles wat het echtpaar bezit met ook eventuele schulden. Het eindbedrag deel je door twee en zo heb je dan de waarde van de nalatenschap van de overledene.
Als het huwelijk is gesloten onder huwelijkse voorwaarden kijk je niet naar het geheel maar alleen naar het bezit van de overledene zelf. Wellicht zijn er naast diens privébezit toch ook gezamenlijke bezittingen, zoals bijv. een auto of een e/o-bankrekening. Van die laatste neem je dan de helft van de waarde op.
Het kan voorkomen dat een nalatenschap negatief is en dat de erfgenamen beneficiair aanvaard hebben. In dat geval moet de nalatenschap ‘vereffend’ worden. De boedelbeschrijving is dan cruciaal om vast te stellen hoeveel middelen er beschikbaar zijn om de schulden (deels) te kunnen voldoen. Lees hier meer over elders op deze website.
Je bent in de meeste situaties vrij om een vorm te kiezen die jou bevalt. Meestal is een eenvoudige opsomming, een lijst met items en bedragen, voldoende. Als je graag een voorbeeld wilt zien, kijk dan eens naar dit formulier boedelbeschrijving dat je vindt op de website Rechtspraak.nl. Dit formulier is ontworpen om in allerlei situaties gebruikt te kunnen worden, daarom staan er ook allerlei andere invulgegevens op. Bij een onderhandse boedelbeschrijving hoef je die niet allemaal in te vullen.
Vergeet verder niet dat wij als NalatenschapsMakelaars specialisten zijn in nalatenschappen, wij kunnen je dan ook helpen bij het opstellen van jouw boedelbeschrijving.
Langstlevende, eigenlijk een raar woord. Wat is dat, het langst leven? Langer dan wie of wat?
In de wereld van het erfrecht wordt deze term veel gebruikt – daarmee wordt geduid op echtparen of partners, waarvan er één overlijdt. De achterblijvende partner wordt dan de langstlevende genoemd. Een belangrijk begrip in het erfrecht, met name als er kinderen zijn.
Het huidige Nederlandse erfrecht beschermt de langstlevende tegen eventuele kinderen die hun erfdeel van de eerst-overleden ouder meteen uitbetaald zouden willen krijgen. Volgens de wet erven kinderen erven wel als de eerste ouder overlijdt (dat heet dan een kindsdeel), maar ze erven in de vorm van een vordering op de langstlevende ouder. Deze vordering is pas opeisbaar als ook de langstlevende overlijdt, of bij een faillissement of onder-curatele-stelling.
De langstlevende mag het erfdeel van de eerst-overleden ouder wel uitbetalen op eigen initiatief, maar de kinderen kunnen het niet opeisen.
De langstlevende mag ook geheel zelfstandig beslissen over wat te doen met dat erfdeel van de kinderen. Er hoeft ook geen zekerheid gesteld te worden, alles mag uitgegeven worden, alleen de langstlevende beschikt en beslist. In het uiterste geval zou het kunnen zijn dat bij overlijden van de langstlevende blijkt dat er niets meer over is van het erfdeel van de eerst-overledene ouder, ofwel dat de vordering van de kinderen niets meer waard is. Of de kinderen dat nu leuk vinden of niet.
Nog niet zo lang geleden, tot 2003, was de wet anders en konden kinderen na het overlijden van de eerste ouder wél meteen hun erfdeel opeisen bij de langstlevende ouder. Dit leidde vaak tot nare situaties, ruzie en verdriet. Een veelvoorkomende consequentie was dat de langstlevende ouder het huis waarin beide partners samen gewoond hadden, moest verkopen om de kinderen hun erfdeel te kunnen uitbetalen.
Om dat te voorkomen hebben voor 2003 veel mensen zelf met een testament geregeld dat de kinderen alleen een vordering erven bij het eerste overlijden. Ofwel, wat sinds 2003 wet is, werd door veel mensen tot 2003 zelf geregeld in een testament. Dat werd een langstlevende-testament genoemd, ook wel een ‘ouderlijke boedelverdeling’ of ‘OBV’.
Er zijn ook nu nog steeds veel testamenten van kracht die opgemaakt zijn vóór 2003.
Als je het bekijkt vanuit de positie van de langstlevende zijn er eigenlijk geen nadelen, immers de langstlevende mag volledig beschikken over de nalatenschap van de eerst-overledene. Voor de kinderen is het wel eens slikken, die moeten wachten tot ook de tweede ouder overlijdt voor ze iets in handen krijgen, en ze moeten maar afwachten hoeveel er dan nog over is.
Een specifiek aspect betreft eventuele rente in het langstlevende testament. Het testament kan aangeven dat de langstlevende een rente moet vergoeden over het erfdeel van de kinderen. Deze rente hoeft niet jaarlijks uitbetaald te worden, maar wordt bijgeteld op het moment van overlijden van de tweede ouder. Over deze bijgeschreven rente hoeft geen erfbelasting betaald te worden, hetgeen (soms fors) fiscaal voordeel geeft.
Deze rente kan echter ook nadelen geven. Als de langstlevende vele jaren langer leeft dan de eerst-overledene, kan het bedrag aan rente zodanig oplopen, dat er veel minder of zelfs helemaal géén eigen nalatenschap meer resteert voor de langstlevende. Juist als deze langstlevende al jong weduwe of weduwnaar wordt, kan het zuur zijn dat deze niet over de eigen nalatenschap kan beslissen – als alles al in de vorm van rente naar de kinderen gaat. Fiscaal voordeel is mooi, maar er zijn bijna altijd ook andere invalshoeken om naar een erfrechtelijke situatie te kijken.
Een ander nadeel speelt als de langlevende een nieuwe partner krijgt. Het komt geregeld voor dat de nieuwe partner denkt met de langstlevende-regeling goed verzorgd te zijn – maar er zit een belangrijke adder onder het gras. Neem als voorbeeld een echtpaar Daan en Gerda, met een langstlevende testament. Gerda overlijdt; haar kinderen erven een vordering op hun vader Daan. Daan komt een nieuwe partner tegen, Marijke, met wie hij ook trouwt. Dan geldt opnieuw de langstlevende-regeling – maar pas op: alléén voor de nalatenschap van Daan zelf. Als Daan overlijdt, moet Marijke aan zijn kinderen eerst het erfdeel van hun moeder Gerda uitbetalen, al dan niet met rente. Zij krijgt alleen de beschikking over de nalatenschap van Daan zelf. Veel mensen realiseren zich dat niet en dat kan tot grote (financiële én emotionele) problemen lijden.
Overigens kan het voor kinderen ook lastig zijn als hun langstlevende ouder opnieuw trouwt, zeker als de nieuwe partner jonger is. Dat betekent immers langer wachten op de nalatenschap. Maar de wet is duidelijk: de langstlevende mag over alles beschikken, de rol van de kinderen is afwachten.
Een belangrijke opmerking hierover is dat je puur voor bescherming van de langstlevende geen testament nodig hebt, immers de wet regelt dit al zo. Pas daarbij wel op: de wet regelt dit alleen voor partners die ook wettelijk je erfgenaam zijn, dus bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap. Bij samenwoners is wel echt een testament nodig als je elkaar wilt beschermen tegen kinderen die hun erfdeel willen opeisen.
In een testament kun je verder van alles vastleggen, je kunt allerlei keuzes maken, zie daarvoor verderop op onze site over het testament.
Wat betreft het specifieke punt van bescherming van de langstlevende kun je ook eigen keuzes maken. Bijvoorbeeld: gaat inderdaad alles naar je partner of wil je wellicht toch meteen al iets aan de kinderen nalaten, of aan vrienden of een goed doel? Of – en dit komt vooral voor bij samengestelde gezinnen – wil je je partner verzorgd achterlaten, maar wil je dat na diens overlijden alles wat over is alsnog naar je kinderen gaat? Dat kan dan o.a. met een zogenaamd tweetrapstestament. Zo kunnen er allerlei wensen en mogelijkheden zijn; er is veel ruimte voor eigen keuzes.
Overweeg je een langstlevende-testament op te gaan stellen, maar weet je niet goed wat er allemaal kan en hoe je het zou willen? Maak dan een afspraak met De NalatenschapsMakelaar, Wij kunnen je informeren over de mogelijkheden en verkennen dan met jou (en je partner) welke opties het beste passen bij jouw/jullie situatie en jouw/jullie wensen. Als je wilt bereiden we ook het gesprek met de notaris met je voor en we helpen je in een later stadium om de concept-aktes goed te doorgronden voor je deze gaat ondertekenen.
Zo weet je zeker dat je een goed passend testament hebt en voorkom je dat je partner en je overige nabestaanden voor nare verrassingen komen te staan.
Mijn naam is Carla van der Heijden. Ik werkte vele jaren als geestelijk verzorger, onder meer in zorgcentra voor ouderen. Daar was ik een gesprekspartner voor de bewoners en hun naasten en begeleidde ik gespreksgroepen en discussiebijeenkomsten. Zo nu en dan overlegde ik met andere zorgverleners die in hetzelfde zorgcentrum werkten. Daarnaast verzorgde ik toespraken en rituelen bij uitvaarten en dat doe ik nog steeds.
Ik merkte dat mensen vragen hadden over hun nalatenschap en de afwikkeling daarvan. Na een opleiding tot Mediator heb ik mij daarom in 2016 bij De NalatenschapsMakelaar aangesloten. Natuurlijk volgde ik sindsdien allerlei opleidingen en bijscholingen die via de NOVEX worden aangeboden, zodat ik naast ervaring, ook veel kennis heb verzameld.
Inmiddels heb ik veel nalatenschappen afgewikkeld en mensen geadviseerd en begeleid bij het opstellen van hun testament. Bij negatieve nalatenschappen heb ik geholpen met beneficiair aanvaarden en vereffenen of verwerpen, ook als daar minderjarige kinderen bij betrokken waren. Niet altijd verzorg ik zelfstandig de hele afwikkeling of vereffening. Met behulp van mijn adviezen en begeleiding kunnen nabestaanden die dat willen het zelf doen.
De laatste jaren doen steeds meer oudere mensen, die weinig familie hebben, een beroep op mij om hen te helpen met hun financiën en andere zaken die ze niet meer zelf kunnen regelen of overzien. Ze geven mij daartoe een volmacht in een levenstestament. Zo kan ik hen helpen met hun bankzaken en voorkomen dat er betalingsachterstanden ontstaan. Bovendien kan ik hen ondersteunen bij het vinden van de juiste zorg. Soms ben ik het aanspreekpunt voor de zorgverleners.
Als mensen tevreden zijn, en blij zijn met de hulp die ik geef en daardoor weer rust hebben, dan geeft mij dat veel voldoening.
Wat mij het meest raakt zijn conflicten tussen familieleden, die wel samen erfgenaam zijn. Ik probeer dan zo goed mogelijk te bemiddelen en mee te bewegen, en te zorgen dat de afwikkeling goed verloopt, zodat ieders belangen gewaarborgd zijn en aan iedereen recht wordt gedaan.
Als ik door de straten van Amsterdam fiets, waar ik woon, dan zie ik vele huizen waar ik ooit binnen ben geweest om de mensen die er wonen te helpen of om het na een overlijden te laten ontruimen en de huur op te zeggen of het te verkopen.
Mijn naam is Monique Janssen en ben sinds 2012 werkzaam als NalatenschapsMakelaar.
Ik was daarvoor aanvankelijk werkzaam als docente Duits/Engels en daarna als adviseur/manager bij een provinciaal adviesorganisatie op het terrein van Zorg en Welzijn. De overstap naar executeur heb ik destijds gemaakt omdat ik me meer verbonden voelde met mensen i.p.v. organisaties. Iets voor mensen kunnen betekenen loopt als een rode draad door mijn werkzame leven.
Ik kwam toevallig dit beroep tegen (dit deden toch alleen notarissen?) en heb me hierin verdiept en gespecialiseerd door me aan te sluiten bij de NalatenschapsMakelaar-organisatie. Om dit werk te kunnen doen heb ik bij de start de opleiding gevolgd bij de NOVEX (Nederlandse Organisatie voor Executeurs). Daarnaast blijft bijscholing en kennisverbreding van belang en ik heb door de jaren vele opleidingen/trainingen gevolgd op het gebied van nalatenschappen om dit dankbare beroep te kunnen blijven beoefenen.
Wanneer mensen nadenken over hoe zij hun testament vorm willen geven, kan ik adviseren over zaken als Wat laat ik na, aan wie en hoe regel ik dat? Door mijn jarenlange ervaring kan ik opties/oplossingen aandragen waar zij zelf (nog) niet aan gedacht of nog nooit van gehoord hebben. Het geeft mij veel voldoening wanneer mensen aangeven dat ze blij zijn met mijn advies en met vertrouwen een testament bij de notaris kunnen laten opstellen, wetende dat dit helemaal voldoet aan hun wensen. Hoe mooi is het dat ik daar aan heb mogen bijdragen!
Als executeur werkzaam zijn betekent ook dat je na het overlijden uitvoering geeft aan de wensen van de overledene. Tevens zijn de erfgenamen dan degenen waar je mee in gesprek gaat en voor wie je dan alles regelt. Van gesprekken voeren over de verdeling van inboedel, ontruiming van de woning, verkoop van de woning, opzegging van alle lopende zaken, uitzoeken van verzekeringen tot het doen van de aangifte erfbelasting. Vaak verloopt dat proces goed, maar het komt zeker voor dat erfgenamen het niet met elkaar eens zijn of ruzie met elkaar hebben. Als executeur is dat triest om mee te maken en dat maakt het afwikkelen van de nalatenschap complexer. Dan moet je je rol als executeur, die boven de partijen staat, vormgeven.
Wanneer je nadenkt over je testament, denk dan ook aan de consequenties hiervan voor de erfgenamen en schuif het niet te lang voor je uit. Weet je niet zeker wat je wensen zijn, of ben je op zoek naar een executeur, neem contact met ons op!
+++++
Sinds 2020 ben ik, samen met mijn collega Harriët Verkleij, eigenaar van Netwerk De NalatenschapsMakelaar. Samen met de bij ons aangesloten leden zorgen wij er zo voor dat onze dienstverlening in vrijwel heel Nederland beschikbaar is voor mensen met vragen rond nalatenschappen.
Mijn naam is Harriët Verkleij. Sinds 2016 werk ik als NalatenschapsMakelaar en dit werk past me als een handschoen. Waar ik warm voor loop, mijn talenten en mijn levenservaring komen hierin samen. Dat is prachtig om te merken.
Na vele mooie jaren in het organisatie-advieswerk wilde ik graag een overstap maken naar werk waarin ik dichter bij mensen sta en voor hen van directe betekenis kan zijn. Ik ga graag met allerlei soorten mensen om, kan goed organiseren, ben analytisch en praktisch ingesteld en houd overzicht als het ingewikkeld wordt. Allemaal eigenschappen die bij nalatenschappen goed van pas komen.
Het mooiste werk vind ik de gehele afwikkeling van de nalatenschap na een overlijden. Als mensen je daarvoor hebben aangesteld in hun testament is dat een enorme verantwoordelijkheid, het is echt een vertrouwensrol. Ik stel er dan eer in om alles goed af te handelen. Volgens de wensen, en in de geest van, de overledene.
Wat ik ook graag doe is juist vooraf met mensen goed nadenken over hoe ze hun eigen testament zullen inrichten. Wat laat je na en aan wie, en hoe wil je dat geregeld hebben? Voor velen een lastige vraag, bijvoorbeeld voor alleengaanden of voor samengestelde gezinnen. Ik kan hen met mijn ervaring en expertise vaak goed helpen om overwogen keuzes te maken. Daarbij nemen we ook zeker het fiscale aspect mee.
Het mooiste is als mensen tegen me zeggen: ik ben zo blij dat het nu geregeld is, ik vond het zo moeilijk, maar je hebt me geweldig geholpen en nu is het klaar en heb ik rust.
Het erfrecht is voor veel mensen erg ingewikkeld, vind daar als leek in je weg maar eens in. Dan is het heel fijn als ik als specialist mensen aan de hand kan nemen en langs de lastige aspecten kan loodsen.
Het is heel verdrietig om te zien in hoeveel families er conflicten en onbegrip is tussen broers en zussen en/of tussen ouders en kinderen. Het komt vaak voor dat bij het overlijden van een ouder bepaalde familieleden elkaar al heel lang niet meer hebben gezien en dan opeens weer in die ‘oude’ familieverbanden -met veel oud zeer- terechtkomen. Er moeten dan nog allerlei oude rekeningen vereffend worden. Al die oude frustraties en emoties helpen bepaald niet bij de afwikkeling van de nalatenschap.
Ik wil iedereen oproepen: zorg ervoor dat je je eigen nalatenschap goed geregeld hebt, schuif het niet voor je uit. Maak een goed testament, dat past bij jou en je situatie, houd rekening met de praktische uitvoering van het testament én bedenk hoe je conflicten zoveel mogelijk voorkomt. Je bewijst je dierbaren er een grote dienst mee.
En als je er niet uitkomt: raadpleeg een specialist!
+++++
Sinds 2020 ben ik, samen met mijn collega Monique Janssen, eigenaar van Netwerk De NalatenschapsMakelaar. Samen met de bij ons aangesloten leden zorgen wij er zo voor dat onze dienstverlening in vrijwel heel Nederland beschikbaar is voor mensen met vragen rond nalatenschappen.
Opgeleid als econoom en geestelijk verzorger zocht ik voor het laatste deel van mijn carrière een werkomgeving waarin ik zowel met mensen als met cijfers werk. In mijn werk als NalatenschapsMakelaar heb ik dat gevonden. Het begeleiden van mensen die net een dierbare hebben verloren met alles wat er bij de afwikkeling van een nalatenschap komt kijken. En dat is vaak veel: van het opzeggen van abonnementen, afrekenen van zorgtoeslag; inventariseren van een inboedel; verkopen van een woning; tot de aangiftes van erf- en inkomstenbelasting. Of als onpartijdige derden de nabestaanden helpen met de verdeling van emotionele goederen zoals sieraden of kunstwerken. Of een familiegesprek leiden als de erven niet allemaal op één lijn zitten en er toch een oplossing moet komen.
Mocht je zelf een erfenis krijgen kan ik ook adviseren over de verschillende mogelijkheden om deze te aanvaarden en de consequenties daarvan.
Daarnaast help ik mensen bij leven ook met het inventariseren van hun wensen met betrekking tot hun testament of levenstestament. En ben ik behulpzaam in de meest uiteenlopende vragen rondom erfenissen.
Elke afwikkeling en iedere vraag zijn anders. Het werk is de ene keer vooral administratief en de volgende keer vooral praktisch. Dat maakt het werk als NalatenschapsMakelaar boeiend en afwisselend. Ik blijf leren en mezelf ontwikkelen.
Dus woon je in Oost-Nederland en heb je een vraag of probleem rondom een erfenis of testament, neem dan contact met me op. Dan kijken we samen wat ik voor je kan betekenen.
Ruzie om de erfenis – helaas komt dit erg vaak voor. Denk jij dat het wel eens mis zou kunnen lopen rond de erfenis waar jij bij betrokken bent? En wil je dat voorkomen? Wij kunnen helpen.
Wij zijn als NalatenschapsMakelaar neutraal en kunnen met onze kennis en ervaring bemiddelen bij (dreigende) conflicten. Daarbij zijn we transparant in wat we doen.
Het komt voor dat families ons erbij vragen omdat de afwikkeling stroef gaat en ze de onderlinge verhoudingen niet verder op scherp willen zetten. Het feit dat er een neutrale buitenstaander bij betrokken wordt, is soms al genoeg. Een optie is ook om ons een volmacht te geven om de erfenis af te handelen voor alle erfgenamen samen.
Andere families benaderen de NalatenschapMakelaar als de situatie al geëscaleerd is. We beginnen met de situatie in kaart te brengen en gaan het gesprek aan met alle partijen. Het doel is dan om de nalatenschap zo transparant en zo soepel mogelijk samen af te wikkelen, dit uiteraard met oog voor alle belanghebbenden en belangen.
Het gebeurt ook dat we namens één van de erfgenamen de nalatenschap afwikkelen, samen met de andere erfgenamen. Soms kunnen mensen de situatie niet aan, of wonen in het buitenland, en dan is een professionele vertegenwoordiger zeker een goede en verstandige optie.
Wanneer er geen testament is dan zijn alle erfgenamen tesamen verantwoordelijk voor de afwikkeling en moeten zijn ook samen de beslissingen nemen. De beslissingen kunnen alleen genomen worden als iedereen het ermee eens is. Dat is niet altijd gemakkelijk en kan de afwikkeling enorm traineren. Met een executeur (benoemd in het testament) of gevolmachtigde namens alle erven is dat makkelijker. Deze executeur/gevolmachtigde heeft veel bevoegdheden om de nalatenschap af te wikkelen.
We werden benaderd door een vrouw, wiens broer lange tijd de financiën van hun moeder had verzorgd. Toen moeder overleed, bleek dat er geen geld meer was. De vrouw wist echter dat er kort tevoren nog een vette spaarrekening was en riep onze hulp in. We ontdekten bij de bank dat er veel geld van de rekening van moeder naar zoon was overgemaakt. Giften, zei zoon. Of had hij het zelf zo geregeld? Bewijs ontbrak. We besloten een advocaat in te schakelen en toen bond broer in. Zus wilde geen escalatie en er kwam een financieel compromis.
“Oh, wat ben ik blij dat ik jou gevonden heb” zegt Sandra.
Sandra is samen met haar broer erfgenaam van haar overleden moeder. Maar beide kinderen hebben hun moeder al heel lang niet meer gezien en ze hebben ook geen prettige herinneringen aan haar. Toen ze hoorden dat moeder was overleden zagen ze er enorm tegenop om haar huis in te moeten gaan, haar spullen en administratie te moeten uitzoeken, alles af te handelen. Ze gingen zoeken wie hen kon helpen en kwamen bij mij uit. Nu heb ik Sandra aan de telefoon nadat ik vandaag voor de eerste keer in het huis van haar moeder ben geweest en een eerste inventarisatie heb gedaan van wat er allemaal is en wat er moet gebeuren. Als ik daar over vertel zegt ze al gauw: “Zó fijn dat jij dit allemaal voor ons doet! Ik had er niet aan moeten dénken om dit zelf te moeten afhandelen. Het is zó veel, en deze materie is zo onbekend voor mij, jij weet tenminste waar je moet beginnen en wat je moet doen.”
Als je iemand een volmacht geeft, dan geef die je die persoon de formele bevoegdheid om namens jou te handelen in een bepaalde situatie. In het erfrecht bedoelen we dan erfgenamen die een gevolmachtigde aanstellen om namens hen, dus met hun volmacht, een nalatenschap af te wikkelen. De volmacht betreft meestal het afwikkelen van de hele nalatenschap. Soms gaat het ook om deelgebieden zoals alleen de administratie, of de verkoop van een woning.
De gevolmachtigde neemt je werk en zorg uit handen!
Als een gevolmachtigde een volmacht heeft gekregen om een nalatenschap geheel af te wikkelen, is dat vrijwel dezelfde rol en positie als een executeur. Een executeur is echter door de erflater zelf benoemd – in diens testament. Als er geen executeur is, kunnen de erfgenamen zelf een gevolmachtigde aanstellen. Deze kan dan op dezelfde manier optreden namens de erfgenamen.
Soms heeft een executeur van de erflater een zeer brede bevoegdheid gekregen om alles te doen en te beslissen zonder dat de erfgenamen daarbij betrokken hoeven te worden. Er wordt dan ook wel gesproken over de executeur-afwikkelingsbewindvoerder. De gevolmachtigde wordt echter door de erfgenamen zelf aangesteld, dus de erfgenamen blijven altijd zelf invloed hebben.
Er zijn diverse situaties waarin erfgenamen kiezen voor een gevolmachtigde. Soms omdat erfgenamen zelf geen tijd hebben, omdat ze niet genoeg kennis hebben en geen fouten willen maken, omdat er onenigheid is tussen de erfgenamen, noem maar op.
Neem de kinderen van de overleden mijnheer Boeks. De broer en zijn twee zussen hebben geen goede onderlinge band. Er is ook geen ruzie, maar het schuurt wel. Eigenlijk vertrouwen ze elkaar niet goed genoeg om elkaar de afhandeling van de nalatenschap van hun vader toe te vertrouwen. Zij schakelen mij in om namens hen allen te doen wat er gebeuren moet. In deze volmacht staat wel dat ik voor alle belangrijke beslissingen met de erfgenamen moet overleggen, zo houden zij zelf de regie.
Of een groepje mensen die samen erfgenaam zijn van een gemeenschappelijke vriendin. Deze vriendin heeft geen kinderen en heeft alles nagelaten aan haar vrienden. Maar deze mensen kennen elkaar niet zo goed, hebben allemaal een druk leven en de meesten zien op tegen het vele werk. Zij schakelen de NalatenschapMakelaar in om alles te regelen. We spreken wel af dat ze bepaalde taken toch zelf zullen doen, zoals de kleding en sieraden uitzoeken, en het verkopen van enkele kunstwerken, daar hebben ze zelf goede contacten voor.
Tot slot, mijnheer De Geer, hij overleed met achterlating van twee zoons die beide in het buitenland wonen; voor hen is het praktisch onmogelijk om alles zelf af te handelen en daarom schakelen ze ons in als gevolmachtigde.
Het grote voordeel van een gevolmachtigde is dat je als erfgenaam volledig ontzorgd wordt. Bovendien, als je de NalatenschapMakelaar inschakelt, heb je te maken een professional die weet hoe de hazen lopen en op allerlei terrein ervaring heeft. Bovendien hebben wij een groot netwerk van specialisten in geval als er soms specifieke vragen zouden opduiken. Zo is alle benodigde kennis onder handbereik.
Je hebt als erfgenaam dus de rustgevende zekerheid dat alles ook goed gebeurt.
Eigenlijk niet. Of het moet zijn dat deze een factuur zal indienen. Maar omdat het een professional is, die deskundig is en de weg kent, werkt een gevolmachtigde ook snel en efficiënt. De afwikkeling gaat dus soepel. Bovendien verminder je zo de kans op (dure) fouten. Je zou kunnen zeggen dat een goede gevolmachtigde zichzelf terugverdient in rust, tijd en voorkomen van andere kosten.
Als je als erfgenaam/erfgenamen iemand hebt gevonden die je als gevolmachtigde aan wilt stellen, laat je dat weten aan de notaris. Die neemt de gevolmachtigde dan op in de Verklaring van Erfrecht. Met die verklaring kan de gevolmachtigde bij externe instanties als de bank, de verzekering, de hypotheekverstrekker etc. aantonen dat zij/hij de bevoegdheid heeft om namens de erfgenamen de afwikkeling te regelen.
Het korte antwoord is: nee. Een volmacht kan allerlei vormen hebben. Soms heeft een gevolmachtigde de volledige volmacht, soms ook een gedeeltelijke volmacht voor alleen bepaalde taken. Een optie is ook een volmacht met bepaalde voorwaarden, bijv. tot een bepaalde financiële grens mag de gevolmachtigde zelf beslissen, boven dat bedrag moeten de erfgenamen eerst toestemming geven. Het is dus maar hoe je als erfgenaam het wilt, en dan laat je de volmacht op die manier formuleren. Wil je dat de gevolmachtigde regelmatig overlegt? Dan spreek je het zo af. Wil je alleen maar op gezette tijden in grote lijnen horen wat er gebeurt en verder geen gezeur aan je hoofd? Dat kan ook. In alle gevallen zal de gevolmachtigde rekening en verantwoording aan de erfgenamen moeten afleggen. Een volmacht geeft dus geen volledige vrijheid, je houdt als erfgenaam invloed. En als je, in het uiterste geval, zou vinden dat de gevolmachtigde het werk niet goed uitvoert, kun je in laatste instantie de volmacht ook nog intrekken.
Ook voor situaties van wilsonbekwaamheid wordt de term volmacht gebruikt. In een levenstestament kunnen mensen iemand aanwijzen die ze een volmacht geven voor de situatie waarin ze zelf hun beslissingen niet meer kunnen nemen.
Dit is dezelfde term in een andere situatie. In beide gevallen geef je iemand een bevoegdheid. Bij een levenstestament is dat een andere bevoegdheid dan bij het afhandelen van een erfenis voor de erfgenamen.
Zie je op tegen de afwikkeling van de nalatenschap die jij gekregen hebt? Ben je bang dat je het niet overziet? Is je leven al vol en druk genoeg? Woon je soms ver weg, zodat je erg veel reistijd kwijt bent als je alles zelf moet doen? Zie je op tegen de samenwerking met de andere erfgenamen?
Schakel de NalatenschapsMakelaar dan in als je gevolmachtigde. Voor ons is het dagelijks werk, we kennen de weg en weten wat ons te doen staat.
Je hoeft het niet zelf te doen, laat de NalatenschapMakelaar je ontzorgen!
Een testament opstellen is belangrijk als je wilt dat je nalatenschap na je overlijden volgens jouw wensen wordt afgewikkeld. Als je geen testament hebt, geldt de wettelijke erfopvolging en misschien vind je dat prima – dan is een testament opstellen in principe onnodig. Maar heb je andere of extra wensen, realiseer je dan wel dat je die alleen in een testament kunt regelen.
In deze blog geven we je wat aandachtspunten mee voor als je een testament wilt laten opmaken.
In een testament kun je iemand benoemen die jouw nalatenschap gaat afwikkelen, dat heet dan de executeur. Je kunt ook bepalen welke bevoegdheden deze executeur heeft. Als dat goed is vastgelegd geeft dat meteen veel duidelijkheid en minder kans op (veel voorkomende) onenigheid tussen de erfgenamen. Realiseer je wel dat het werk van een executeur niet eenvoudig is en vaak veel tijd kost. Bespreek het dus wel vooraf met degene die je op het oog hebt. Je kunt ook vastleggen dat de executeur een bepaalde beloning krijgt. Benoem je een professionele executeur dan zal deze zijn kantoor uurtarief in rekening brengen.
Je bent in principe vrij wie je als erfgenaam kiest. Besluit je je eigen kinderen niet tot erfgenaam te benoemen dan hebben deze wel altijd nog recht op een bepaald deel van je nalatenschap, (zie bijv. “Een kind onterven, mag dit” ). Je mag daarnaast ook andere familieleden, vrienden of goede doelen benoemen tot je erfgenamen. Iedereen krijgt dan een gedeelte van jouw nalatenschap. Goede doelen zijn vaak vrijgesteld van erfbelasting en elke persoon die iets erft hoeft pas vanaf een bepaald vrijgestelde bedrag erfbelasting te betalen. Het benoemen van veel erfgenamen kan wel maken dat het afwikkelen van de nalatenschap erg gecompliceerder kan worden omdat erfgenamen zich meestal ook met de afwikkeling van de nalatenschap mogen bemoeien.
Wie kinderen heeft, wil meestal dat de nalatenschap uiteindelijk bij hen terecht komt. Maar hoe gaat het bij samengestelde gezinnen? Als je kinderen hebt van verschillende partners, of als jouw partner kinderen heeft uit een eerdere relatie, kan een nalatenschap tot allerlei ongewenste situaties leiden. Informeer je goed over de mogelijkheden, bespreek met je partner (en misschien ook al met kinderen) hoe jij het ziet en laat een testament opstellen dat recht doet aan jouw/jullie situatie en aan ieders positie.
Wie kleinkinderen heeft en voldoende vermogen, kan in een testament de kleinkinderen een legaat nalaten. Als dat legaat niet groter is dan de fiscale vrijstelling, hoeven zij daar geen erfbelasting over te betalen. Zo wordt het erfdeel dat de kinderen krijgen kleiner – en dat bespaart erfbelasting.
Als je in je testament iets nalaat aan jonge of zelfs nog minderjarige kinderen, doe je er goed aan om ook een testamentair bewind in het testament op te nemen. Je geeft dan iemand (vaak wordt gekozen voor de ouders) de bevoegdheid om het geërfde vermogen te beheren tot het kind een bepaalde leeftijd, bijv. 23 jaar, bereikt. Zo voorkom je dat het kind op te jonge leeftijd de beschikking krijgt over veel geld, en vergroot je de kans dat jouw erfenis niet ondoordacht wordt verspild, maar verstandig besteed wordt.
Sommige mensen willen hun kind onterven en anderen benoemen als erfgenaam. Na overlijden kan het onterfde kind aanspraak maken op zijn wettelijke deel; dat is de helft van het deel waar het kind normaal gesproken recht op zou hebben. Zo’n onterfd kind kan het de erfgenamen (bijv. broers en zussen) heel lastig maken. Bedenk voor je een definitieve keuze maakt of er ook alternatieven zijn.
Als je een huisdier hebt, kun je in je testament opstellen hoe de zorg voor het dier na jouw overlijden geregeld moet worden. Misschien heb je familie of vrienden die de zorg op zich willen nemen. Je kunt hen dan ook een geldbedrag nalaten voor de kosten van die zorg. Je kunt ook een dierenopvangcentrum tot erfgenaam benoemen onder de last voor het dier te zorgen. Zoek wel goed uit of dat ook centrum daar ook toe bereid is.
Wie in zijn testament niet alleen erfgenamen benoemt maar ook specifieke goederen aan andere mensen wil nalaten, moet zich realiseren dat over de waarde van deze goederen ook erfbelasting betaald moet worden. Het nichtje dat gouden sieraden ter waarde van € 5.000 van jou krijgt, moet daarover zo’n € 1.000 erfbelasting betalen. En de erfbelasting voor de goede vriend die je een schilderij ter waarde van € 11.000 nalaat, is ongeveer € 3.000. Dus: als je in je testament goederen aan mensen (geen erfgenamen) nalaat, doe je er goed aan om ook een voorziening te treffen voor de erfbelasting. Dat kan door naast de goederen ook voldoende geld aan hen na te laten. Een andere optie is om te bepalen dat deze goederen ‘vrij van recht’ verkregen worden. Dat betekent dat de erfgenamen die de rest van je bezit erven, ook de erfbelasting voor de nicht of vriend moeten betalen.
Als je goede doelen als erfgenaam wil benoemen, realiseer je dan dat deze doelen na jouw overlijden nog wel moeten bestaan en ook vindbaar moeten zijn. Er zijn heel veel goede doelen en de ervaring leert dat het soms lang duurt om minder bekende goede doelen op te sporen. Daarmee stagneert de afwikkeling en lopen de kosten op. Benoem in het testament dus ook de adresgegevens en een eventuele opvolger voor als het goede doel niet meer zou bestaan. En benoem zo’n goed doel niet tot erfgenaam, maar geef hen een legaat.
In veel testamenten staat bepalingen die goed bedoeld zijn maar in de praktijk tot problemen leiden of zelfs onuitvoerbaar zijn. Een voorbeeld: je benoemt je zus tot erfgenaam en bepaalt dat zij haar zoon, jouw neef, een maandelijkse toelage moet uitbetalen zolang hij studeert. Maar nu blijkt deze neef helemaal niet te willen studeren. Of hij is wel als student ingeschreven maar maakt een potje van zijn studie en voert weinig uit. En zo kun je nog wel allerlei situaties bedenken. Wat moet je zus nu doen? Grote kans dat je hiermee tweedracht zaait tussen je zus en haar zoon – wat vast je bedoeling niet was.
Sinds 2010 ontzorgen wij mensen bij alles rondom nalatenschappen. Of het nu gaat om juridische, administratieve, financiële of fiscale zaken, of juist om praktische ondersteuning bij de afwikkeling, wij staan voor je klaar. Meer weten? Neem contact met ons op.