Mentoren en het levenstestament
In het levenstestament kan men aangeven of er een persoon vanuit familie of vriendenkring wordt aangewezen als gevolmachtigde. De zorg voor de wilsonbekwaam persoon is heel intensief en vraagt veel ondersteuning. Hiervoor zijn speciaal opgeleide vrijwilligers beschikbaar die verbonden zijn aan de Stichting Mentorschap Nederland te Utrecht.
Deze stichting is onderverdeeld in elf regio’s die ieder apart worden aangestuurd. Zij maken mentorschap mogelijk voor iedere persoon die door zijn ziekte of beperking niet goed voor zichzelf kan opkomen. Een mentor is de wettelijk vertegenwoordiger en belangenbehartiger van zijn cliënt. Wanneer de cliënt dat zelf niet kan, is de mentor bevoegd te beslissen over zijn verzorging en begeleiding. Daarnaast is een mentor adviseur en vertrouwenspersoon voor alle andere persoonlijke zaken. De mentor neemt hierbij de wensen en behoeften, normen en waarden van de cliënt als leidraad. Op die manier helpt hij de cliënt de regie over zijn leven te houden.
Een mentor kan worden aangevraagd door een persoon zelf bijvoorbeeld als men alleen is en behoefte heeft aan ondersteuning. Men hoeft hier niet persé wilsonbekwaam voor te zijn. Je kunt in jouw levenstestament vastleggen wat je wensen zijn voor het geval dat de kantonrechter een beslissing moet nemen over een bewindvoering over je vermogen of het benoemen van een mentor of een curator.
Men kan ook zichzelf of een ander aanmelden voor een mentor via Mentorschap Nederland, door contact op te nemen met de stichting in de regio. De coördinator van deze stichting zal een afspraak maken voor een intake. Voor succesvol mentorschap is een goede koppeling tussen mentor en cliënt belangrijk. Wanneer de regionale stichting een geschikte kandidaat-mentor heeft gevonden, vindt een kennismakingsgesprek plaats. Soms is één bezoek voldoende om te besluiten verder te gaan. Er kan ook een kennismakingsfase nodig zijn om een goede basis op te bouwen. Wanneer de cliënt en de mentor het contact als positief beoordelen, begeleidt de regiocoördinator je bij de aanvraag voor het mentorschap bij de rechtbank. Nadat de kantonrechter een verzoek tot mentorschap heeft ontvangen, overlegt hij eerst met alle betrokkenen. Dat zijn de cliënt, de kandidaat-mentor en belangrijke anderen, zoals een arts of familielid. Op basis daarvan bepaalt de kantonrechter of hij mentorschap instelt en wie de mentor wordt. Na deze zogenoemde ‘beschikking’ is het mentorschap officieel.
De wet Zorg en Dwang regelt dat zorgverleners ervoor moeten zorgen dat iedere patiënt die psychisch en/of verstandelijk beperkt is net als ieder ander instemt met zijn of haar zorg- of behandelplan. Kan de betrokken patiënt dat niet, dan zal de Zorgverlener ervoor moeten zorgen dat de patiënt ondersteund wordt. Indien er niemand in de omgeving van de patiënt is die die ondersteuning kan bieden, kan mentorschap of een andere beschermingsmaatregel, worden aangevraagd. De wet Zorg en Dwang is aangenomen door de Tweede Kamer en is op 23 januari 2018 geaccordeerd door de Eerste Kamer.
Neem contact op Ga terug naar het overzicht